Gemeente HERSELT

 

Zitting van maandag 13 december 2021 - Gemeenteraad

 

Aanwezig:

Milo Anthonis - voorzitter

Peter Keymeulen - burgemeester

Mireille Colson, Mark Van den Wouwer, Raf Vangenechten, Pieter-Jan Parrein, Elke Verlinden - schepenen

Luc Peetermans, Kathleen Helsen, Ronan Korthout, Christiane Van Thielen, Gerda Battel, Hilde Van Reet, Evelien Van Bedts, Warre Schauwaers, Geert Sterckx, Maria Leirs, Wies Ooms, Tim Tubbax, Dolinda Voet, Kristof Van Dingenen, Karen Broes, Stefan Korthout - raadsleden

Tina Vervloessem - algemeen directeur

 

Overzicht punten

 

Goedkeuring ontwerpnotulen van 22 november 2021

 

Situering

De goedkeuring van de ontwerpnotulen van de gemeenteraad van 22 november 2021.

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

De voorgelegde ontwerpnotulen van de gemeenteraad van 22 november 2021 worden goedgekeurd.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Toelagen politiezone Zuiderkempen 2022

 

Situering

De politieraad keurde eind oktober 2021 het politiebudget 2022 goed.

 

In dit budget werden volgende toelagen vanwege de gemeente Herselt opgenomen:

- exploitatietoelage 1.157.037 euro

- investeringstoelage 200.130 euro

 

Wettelijke gronden

KB 7 april 2005 en latere wijzigingen.

 

Toelichting en advies

Deze bedragen moeten, mits goedkeuring door de gemeenteraad, opgenomen worden in het gemeentelijk meerjarenplan voor 2020-2025.

 

Argumentatie van de gemeenteraad leidende tot het uiteindelijke besluit

De gemeenteraad sluit zich aan bij het advies van de administratie

 

Financiële weerslag

In het actuele Meerjarenplan werd er rekening gehouden met een werkingstoelage van 1.280.000 euro voor 2022. De door de politieraad goedgekeurde exploitatietoelage ligt daar 122.963 euro onder.

 

De werkingstoelage daalt ook met 79.309 euro (-6,41%) t.o.v. 2021.

 

De investeringstoelage (200.130 euro) ligt wel 130.130 euro hoger dan voorzien in het actuele meerjarenplan.

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Artikel 1:

De verplichte exploitatietoelage van de gemeente Herselt aan de politiezone Zuiderkempen dienstjaar 2022 ten bedrage van 1.157.037 euro goed te keuren.

 

Artikel 2:

De investeringstoelage van de gemeente Herselt aan de politiezone Zuiderkempen dienstjaar 2022 ten bedrage van 200.130 euro goed te keuren.

 

Artikel 3:

Dit besluit vervolgens over te maken aan de bevoegde hogere overheid (overheden) conform de vigerende regelgeving ter zake.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Toelagen brandweerzone 2022

 

Situering

De zoneraad van de hulpverleningszone (brandweer) keurde op 27 november 2021 haar budget 2022 goed.

 

In dit budget werden volgende toelagen vanwege de gemeente Herselt opgenomen:

- exploitatietoelage 268.151 euro

- investeringstoelage 107.799 euro

 

Wettelijke gronden

Wet 15 mei 2007

Koninklijk besluit van 23 augustus 2014 houdende vaststelling van de inventaris- en schattingsregels van de roerende en onroerende goederen van de gemeenten aangewend voor de uitvoering van de opdrachten van de brandweerdiensten.

 

Toelichting en advies

Deze bijdragen werden berekend conform de verdeelssleutel die eind 2020 werd afgesproken door alle besturen.

 

Deze bedragen moeten, mits goedkeuring door de gemeenteraad, opgenomen worden in het gemeentelijk meerjarenplan voor 2020-2025.

 

Deze bijdragen wijken nog lichtjes af van de eerdere berekeningen (gemeenteraad 31 mei 2021). De definitieve werkingstoelage valt 236 euro hoger uit en de investeringstoelage 60 euro hoger.

 

Argumentatie van de gemeenteraad leidende tot het uiteindelijke besluit

De gemeenteraad sluit zich aan bij het advies van de administratie.

 

Financiële weerslag

In het actuele Meerjarenplan werd er rekening gehouden met een werkingstoelage van 267.915 euro voor 2022. De door de zoneraad goedgekeurde exploitatietoelage ligt daar 236 euro boven.

 

De werkingstoelage stijgt met 1,66% t.o.v. 2022. Dit is louter een gevolg van het toepassen van de meest actuele cijfers (bevolkingsaantal en totaal KI). Het totale exploitatiebudget 2022 van de brandweerzone stijgt niet.

 

De definitieve investeringstoelage ligt 60 euro boven het budget opgenomen in het actuele Meerjarenplan.

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Artikel 1:

De verplichte exploitatietoelage van de gemeente Herselt aan de hulpverleningszone dienstjaar 2022 ten bedrage van 268.151 euro goed te keuren.

 

Artikel 2:

De investeringstoelage van de gemeente Herselt aan de hulpverleningszone dienstjaar 2021 ten bedrage van 107.799 euro goed te keuren.

 

Artikel 3:

Dit besluit vervolgens over te maken aan de bevoegde hogere overheid (overheden) conform de vigerende regelgeving ter zake.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Budget 2022 van de kerkfabrieken Sint-Servaas Herselt, Sint-Hubertus Ramsel, Onze-Lieve-Vrouw ten Hemel Opgenomen Bergom en Onze-Lieve-Vrouw Onbevlekt Ontvangen Blauberg.

 

Situering

De budgetten 2022 van de kerkfabrieken Sint-Servaas Herselt, Sint-Hubertus Ramsel, Onze-Lieve-Vrouw ten Hemel Opgenomen Bergom en Onze-Lieve-Vrouw Onbevlekt Ontvangen Blauberg werden ingediend.

 

Wettelijke gronden

Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten.

 

Toelichting en advies

 

Overzicht saldogegevens:

 

 

HERSELT

RAMSEL

BERGOM

BLAUBERG

Exploitatie ontv.

3.780,00

16.970,00

7.770,00

13.890,00

Exploitatie uitg.

45.020,00

46.440,00

28.875,00

35.460,00

Investeringsontv.

0

0

0

12.575,79

Investeringsuitg.

30.000,00

0

0

0

 

Overzicht gevraagde toelagen:

 

 

HERSELT

RAMSEL

BERGOM

BLAUBERG

Exploitatietoelage

33.946,26

3.999,51

17.505,39

0

Investeringstoelage

0

0

0

0

 

Bij het budget van kerkfabriek O.L.V. Onbevlekt ontvangen Bergom is er een afwijking tegenover het meerjarenplan. Er is een verhoging gevraagd van 1.600,00 euro op Mar 2207 (kantoorbenodigdheden). Dit betreft een aankoop van een PC voor de voorzitter.

 

Voor Bergom komt de gevraagde werkingstoelage hierdoor ook hoger uit dan de werkingstoelage voorzien in het meerjarenplan voor 2022 van deze kerkfabriek. In het meerjarenplan was een werkingstoelage van max. 16.870 euro voorzien voor 2022.

 

De kerkfabriek werd op 29 november om bijkomende motivering gevraagd, maar op 2 december was er nog geen bijkomende informatie. Een PC of laptop van 1.600 euro lijkt aan de hoge kant. Via de gemeente kan de kerkfabriek ook een laptop aanschaffen via het raamcontract ICT materiaal.

 

De overige budgetten kaderen binnen de ingediende meerjarenplannen 2020-2025.

 

De gevraagde exploitatietoelagen kaderen, voor de kerkfabrieken met uitzondering van Bergom, binnen de toelagen die, in de eerder goedgekeurde meerjarenplannen van de kerkfabrieken, werden voorzien.

 

Argumentatie van de gemeenteraad leidende tot het uiteindelijke besluit

De gemeenteraad sluit zich aan bij het advies van de administratie mits toevoeging van volgend amendement aan artikel 2:

         Budget 2022 van kerkfabriek Bergom goedkeuren met de expliciete vraag, aan de kerkfabriek, om de aankoop van een PC grondig te bekijken en om de voorziene middelen slechts gedeeltelijk aan te wenden.

         Voor aankoop kunnen ze best ook advies vragen aan de gemeentelijke ICT-dienst (om een geschikte PC te kopen aan een aanvaardbaar budget).

 

Financiële weerslag

De gezamenlijk gevraagde exploitatietoelagen 2022 van de kerkfabrieken bedragen 55.451,16 euro.

Dit is 30.875,84 euro minder dan in het meerjarenplan van de gemeente geraamd werd voor 2022.

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Artikel 1:

Kennisname van de budgetten 2022 van kerkfabrieken Sint-Servaas Herselt, Sint-Hubertus Ramsel,  en Onze-Lieve-Vrouw Onbevlekt Ontvangen Blauberg.

 

Artikel 2:

Goedkeuring van het budget 2022 van Onze-Lieve-vrouw ten Hemel Opgenomen Bergom op voorwaarde dat de kerkfabriek de aankoop van een PC grondig bekijkt en de voorziene middelen slechts gedeeltelijk aanwendt en op voorwaarde dat de kerkfabriek voor aankoop advies vraagt aan de gemeentelijke ICT-dienst (om een geschikte PC te kopen aan een aanvaardbaar budget).

De exploitatietoelage (17.505,39 euro) ligt hoger dan deze voorzien in het meerjarenplan (16.870,00 euro).

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Prijssubsidiereglement AGB 2022

 

Situering

Het prijssubsidiereglement AGB Herselt, voor het komende kalenderjaar, dient door de raad van bestuur en de gemeenteraad jaarlijks onderhandeld te worden vóór 20 december. Deze prijssubsidie moet AGB Herselt de mogelijkheid bieden om een positief operationeel resultaat te boeken en zodoende haar continuïteit te verzekeren.

 

De concrete toepassingsvoorwaarden en modaliteiten m.b.t. deze prijssubsidie dienen vastgelegd te worden in een (beheers)overeenkomst.

 

Wettelijke gronden

BTW-wetgeving

Beslissing ET 129.288 van 19 januari 2016 (gepubliceerd 3 februari 2016)

Beheersovereenkomst tussen gemeente en AGB Herselt

 

Toelichting en advies

In samenspraak met Tiberghien advocaten werd er een basisovereenkomst uitgewerkt. De uitgangspunten van deze overeenkomst zijn:

         Voor iedere sportzaal/sportterrein dat door AGB Herselt geëxploiteerd wordt, is er een gemiddeld gebruikerstarief berekend.

         Vervolgens werd er voor iedere zaal/terrein een kostprijs per uur bepaald.

         De gemeente verleent een prijssubsidie per uur dat er gebruik wordt gemaakt van de sportaccommodatie in VTC de Mixx en past zo het verschil bij tussen de prijs die de eindgebruiker betaalt en de kostprijs.

 

Vanaf het subsidiereglement 2022 worden ook de nieuwe indoor-tennisterreinen mee opgenomen in het reglement.

 

In de prijssubsidieovereenkomst is voorzien dat de prijssubsidies, indien nodig, kunnen bijgestuurd worden. In de meerjarenplannen van de gemeente en AGB is er voor 2022 een prijssubsidie van 850.000 euro (incl. btw) voorzien.

 

Op basis van de gebruiksuren van de afgelopen jaren kunnen de prijssubsidies vrij exact berekend worden. Grote wijzigingen (bijv. grote gebruiker die plots zou stoppen of wijzigingen in de kostenstructuur, coronamaatregelen...) gedurende het jaar, kunnen uiteraard nog wel aanleiding zijn tot bijsturingen.

 

Het voorstel is dan ook om aan de gemeenteraad volgende subsidies voor te stellen, met ingang vanaf 1 januari 2022

         Gebruik grote zaal 60,00 euro per uur (incl. btw)

         Gebruik kunstgrasveld 60,00 euro per uur (incl. btw)

         Gebruik klimzaal 35,00 euro per uur (incl. btw)

         Gebruik kleine zaal 50,00 euro per uur (incl. btw)

         Gebruik mattenzaal 35,00 euro per uur (incl. btw)

         Gebruik spiegelzaal 35,00 euro per uur (incl. btw)

         Gebruik squash 35,00 euro per uur (incl. btw)

         Gebruik tennis (indoor) 35,00 euro per uur (incl. btw)

         Gebruik tennis (outdoor) 25,00 euro per uur (incl. btw)

 

Het AGB dient op de ontvangen prijssubsidies 6 % btw af te dragen.

 

Argumentatie van de gemeenteraad leidende tot het uiteindelijke besluit

De gemeenteraad sluit zich aan bij het advies van de administratie.

 

Financiële weerslag

In het meerjarenplan van het AGB en de gemeente is er voor 2022 een prijssubsidie geraamd van 850.000 euro (incl. btw).

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Het in bijlage integraal toegevoegde addendum bij de beheersovereenkomst tussen de gemeente Herselt en AGB Herselt m.b.t. het verstrekken van prijssubsidies (dienstjaar 2022) goed te keuren.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Herziening meerjarenplan 2020-2025: AGB

 

Situering

Er dient zich een wijziging aan van het meerjarenplan AGB 2020-2025. Enerzijds dienen er een aantal kredieten voor 2021, deels als gevolg van de coronacrisis, te worden bijgestuurd. Anderzijds dienen de kredieten 2022 vastgesteld te worden.

 

Aangezien het AGB dit jaar nog geen aanpassing van het meerjarenplan had doorgevoerd, dient ook het (positieve) resultaat van de jaarrekening 2020 nog ingebracht te worden.

 

Wettelijke gronden

Decreet lokaal bestuur 22 december 2017.

Besluit Vlaamse regering 30 maart 2018 m.b.t. de BBC (Beleids- en beheerscyclus).

Ministerieel besluit 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen.

Omzendbrief KB/ABB 2019/4 m.b.t. de strategische meerjarenplannen.

Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 m.b.t. de aanpassing van de meerjarenplannen.

 

Toelichting en advies

Een aanpassing van het meerjarenplan mag slechts gebeuren als de jaarrekening van jaar n-1 (2020) is vastgesteld. Deze werd op 14 juni 2021 door de raad van bestuur vastgesteld en de (positieve) resultaten (+34.105 euro) kunnen dan ook verwerkt worden in het meerjarenplan.

 

De corona-crisis heeft, ook in 2021, nog een ingrijpende impact gehad op de werking van VTC de Mixx, de hoofdactiviteit van AGB Herselt. De (sport)accommodatie was tot begin september onderhevig aan allerlei coronamaatregelen die een optimaal/maximaal gebruik van de accommodatie belemmerden. Dit heeft enerzijds een impact gehad op de reguliere vergoedingen van de gebruikers, maar ook op de prijssubsidies vanwege de gemeente (noot: deze werden vanaf september 2021 wel bijgestuurd).

 

Als gevolg hiervan dienen een aantal kredieten van 2021 verlaagd te worden (opbrengsten -140.666 euro en kosten -143.856 euro). Bij de investeringskredieten betreft het vooral verschuivingen naar het volgende dienstjaar.

 

 

De exploitatiekredieten voor 2022, die bij een vorige aanpassing van het meerjarenplan werden vastgelegd, worden nauwelijks gewijzigd. Bij de investeringskredieten zijn er wel wat wijzigingen: enerzijds worden een aantal kredietsaldi van 2021 nu al 'overgedragen' naar 2022, maar anderzijds dienen er ook enkele investeringskredieten verhoogd te worden. De geraamde uitvoeringskost voor de omgevingsaanleg rondom de nieuwe tennishal (parkings, groenaanleg, padel- en tennisterreinen) valt hoger uit dan tot nu toe voorzien. Dit is o.a. een gevolg van enorm sterk gestegen materiaalprijzen, in de nasleep van de coronacrisis, en als gevolg van een uitbreiding van de 'werfzone'. Door de aankoop van een naastliggend perceel kan de groenaanleg en de aanleg van parkings nu functioneler gebeuren; maar door uitbreiding van de zone, vallen de kosten uiteraard ook hoger uit. Om de meerkosten van dit alles te financieren, wordt er aan de gemeente een bijkomende renteloze lening van 380.000 euro gevraagd.

 

Samengevat hebben de voorgestelde aanpassingen het volgende effect:

 

 

De autofinancieringsmarge in 2025 daalt lichtjes t.o.v. het initiële meerjarenplan (-3.557 euro). Het budgettair resultaat 2025 daalt wel met -218.944 euro tot 12.265 euro. Dit is één van de naweeën van de coronacrisis die zich in 2020-2021 voordeed.

 

Argumentatie van de gemeenteraad leidende tot het uiteindelijke besluit

De gemeenteraad sluit zich aan bij het advies van de administratie.

 

Stemming over het besluit:

Stemmen voor:

Milo Anthonis, Peter Keymeulen, Mireille Colson, Mark Van den Wouwer, Raf Vangenechten, Pieter-Jan Parrein, Elke Verlinden, Geert Sterckx, Tim Tubbax, Dolinda Voet, Kristof Van Dingenen, Karen Broes en Stefan Korthout

Onthouden zich:

Luc Peetermans, Kathleen Helsen, Ronan Korthout, Christiane Van Thielen, Gerda Battel, Hilde Van Reet, Evelien Van Bedts, Warre Schauwaers, Maria Leirs en Wies Ooms

 

Motivatie onthouding Luc Peetermans: De CD&V+2230-fractie heeft dit punt niet goedgekeurd binnen de raad van bestuur van het AGB, voornamelijk omwille van de manier van uitvoering, timing en vooruitgang van enkele projecten. Hier kan de CD&V+2230-fractie zich niet in vinden maar wil de werking ook niet in de weg staan en daarom zal de CD&V+2230-fractie zich onthouden.

 

BESLUIT

Artikel 1:

De gemeenteraad verleent een positief advies bij de herziening van het meerjarenplan AGB 2020-2025. Bij deze herziening werden kredieten 2021 aangepast en werden de kredieten 2022 vastgelegd.

 

Artikel 2:

Dit positieve advies over te maken aan het administratieve toezicht conform de geldende regelgeving.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Punt bijlagen/links aanpassing MJP 2020-2025 RvB 30 11 2021.pdf Download
Overzicht punten

 

Herziening 3 meerjarenplan 2020-2025: gemeente en OCMW

 

Toelichting via powerpointpresentatie in bijlage.

 

Situering

Er dient zich een herziening aan van het Meerjarenplan 2020-2025.

 

De voorliggende herziening van het Meerjarenplan heeft vooral betrekking op de jaren 2022-2025 en in mindere mate ook nog op 2021. Waarom dient het Meerjarenplan 2020-2025 herzien te worden? Enerzijds dient er, binnen het kader van het Meerjarenplan, jaarlijks een formele vaststelling te gebeuren van de kredieten van het komende jaar (i.c. 2022) en anderzijds dienen er acties en kredieten bijgestuurd te worden op basis van nieuwe evoluties, nieuwe inzichten of nieuwe opportuniteiten.

 

Wat het doelstellingenplan op zich betreft, handhaaft het bestuur de doelstellingen en actieplannen die initieel, bij opmaak van het Meerjarenplan, geformuleerd werden. De coronacrisis heeft uiteraard een grote impact op het dagelijkse leven, maar de impact op de gemeentelijke financiën blijft beperkt en dankzij de financiële buffer die de gemeente heeft, dient er ook niets geschrapt te worden of dienen er ook geen investeringen teruggeschroefd te worden.

 

Wettelijke gronden

Decreet Lokaal Bestuur 22 december 2017.

Besluit Vlaamse Regering 30 maart 2018 m.b.t. de BBC (Beleids- en beheerscyclus).

Ministerieel Besluit 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen.

Omzendbrief KB/ABB 2019/4 m.b.t. de strategische Meerjarenplannen.

Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 m.b.t. de aanpassing van de Meerjarenplannen.

 

Toelichting en advies

Het Meerjarenplan is initieel opgesteld voor een periode van 6 jaar (2020-2025). Dit is echter geen statisch document, maar een beleidsnota die ten gepaste tijde moet bijgestuurd worden. Dit kan een gevolg zijn van externe factoren (bijv. coronacrisis) die een impact hebben op de actieplannen, maar kan ook het gevolg zijn van interne factoren en eventueel gewijzigde keuzes.

 

In de voorliggende herziening (nr. 3) van het Meerjarenplan zijn er als gevolg van beide factoren aanpassingen nodig aan het initiële Meerjarenplan. De belangrijkste wijzigingen worden meer in detail toegelicht in de motiveringsnota (p. 3-6) van het bundel in bijlage. Dit bundel bevat verder alle nodige detailinformatie.

 

Dankzij de financiële buffer die de gemeente heeft, zijn er, ondanks de impact van de coronacrisis, momenteel geen besparingen nodig. Ook alle voorziene investeringsprojecten kunnen verder uitgevoerd worden. Het bestuur voorziet zelfs een aantal extra investeringen (o.a. extra middelen voor: wegenonderhoud, ook voor de onverharde wegen (dankzij de aankoop van een grader/wals),  onderhoud Berglaan, onderhoud fietspaden Wolfsdonksesteenweg, extra middelen voor waterbeheersing, studies voor de begraafplaatsen en de accommodaties in Blauberg, een nieuwe zoutopslag en een forse investering in een mega-buitenspeelplan...).

 

De voorgestelde wijzigingen hebben, samen met een aantal externe factoren (bijv. sterk dalende energiedividenden, stijgende responsabiliseringsbijdragen, stijgende energie- en brandstofprijzen, toenemende inflatie...), een sterke impact op de de financiële evenwichten.

 

Ondanks dit alles is er ruimte beschikbaar om de aanvullende personenbelasting versneld en sterker te laten dalen dan voorzien in het initiële meerjarenplan. Voor 2022 daalt het tarief van 7,60 naar 7,40%. Dit betekent een gezamenlijke korting van ca. 122.000 euro voor de burgers extra vanaf 2022.

 

Het budgettair resultaat (2025) wijzigt nauwelijks t.o.v. het initiële Meerjarenplan, maar de autofinancieringsmarge daalt wel behoorlijk. Ze blijft met 166.816 euro nog steeds positief en dit biedt het bestuur, ook na 2025, nog altijd een zekere marge.

 

Samengevat hebben de voorgestelde aanpassingen het volgende effect:

 

 

Gelet op de goedkeuring door de raad van maatschappelijk welzijn van het OCMW-gedeelte van het gewijzigde meerjarenplan in zitting van 13 december 2021.

 

Argumentatie van de gemeenteraad leidende tot het uiteindelijke besluit

De gemeenteraad sluit zich aan bij het advies van de administratie.

 

Stemming over het besluit:

Stemmen voor:

Milo Anthonis, Peter Keymeulen, Mireille Colson, Mark Van den Wouwer, Raf Vangenechten, Pieter-Jan Parrein, Elke Verlinden, Geert Sterckx, Tim Tubbax, Dolinda Voet, Kristof Van Dingenen en Stefan Korthout

Stemmen tegen:

Luc Peetermans, Kathleen Helsen, Ronan Korthout, Christiane Van Thielen, Gerda Battel, Hilde Van Reet, Evelien Van Bedts, Warre Schauwaers, Maria Leirs, Wies Ooms en Karen Broes

 

 

BESLUIT

Artikel 1:

De Gemeenteraad stelt de herziening van het Meerjarenplan 2020-2025 en de aangepaste kredieten voor 2021 en 2022 (gedeelte gemeente Herselt) vast.

 

Artikel 2:

De Gemeenteraad keurt de herziening van het Meerjarenplan 2020-2025 (gedeelte OCMW Herselt) goed.

 

Artikel 3:

Het aangepaste Meerjarenplan 2020-2025 voor te leggen aan administratief toezicht conform de geldende regelgeving.

 

 

De voorzitter schorst de gemeenteraad om 22.15 uur.

 

De voorzitter herneemt de gemeenteraad om 22.30 uur.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting - aanslagjaar 2022

 

Gelet op het feit dat de gemeente financiële middelen nodig heeft voor zijn werking en investeringen;

 

Gelet op de artikelen 464 tot en met 470/2 van het wetboek van de inkomstenbelastingen;

 

Gelet op de bepalingen van het decreet lokaal bestuur;

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Artikel 1: 

Voor het aanslagjaar 2022 wordt een aanvullende belasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.

 

Artikel 2: 

De belasting wordt vastgesteld op 7,4 % van de overeenkomstig artikel 466 van het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar. Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.

 

Artikel 3: 

De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door het toedoen van het bestuur der directe belastingen geschieden, zoals bepaald in artikel 469 van het wetboek van de inkomstenbelastingen.

 

Artikel 4: 

Deze verordening wordt naar de toezichthoudende overheid gezonden.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Gemeenteopcentiemen op de onroerende voorheffing - aanslagjaar 2022

 

Gelet op de bepalingen van het decreet lokaal bestuur;

 

Gelet op artikel 170 §4 van de grondwet;

 

Gelet op artikel 464/1 1° van het wetboek van de inkomstenbelastingen;

 

Gelet op artikel 2.1.4.0.2 en artikel 3.1.0.0.4 van het decreet houdende de Vlaamse codex fiscaliteit;

 

Gelet op het feit dat de gemeente financiële middelen nodig heeft voor zijn werking en investeringen;

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Artikel 1: 

Voor het aanslagjaar 2022 worden de gemeenteopcentiemen op de onroerende voorheffing vastgesteld op 850 opcentiemen.

 

Artikel 2: 

Deze gemeenteopcentiemen worden ingevorderd door het Vlaams gewest, overeenkomstig de regels bepaald voor de heffing van de gewestbelasting waar zij bijkomen.

 

Artikel 3: 

Deze verordening wordt naar de toezichthoudende overheid gezonden.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Opcentiemen op de door OVAM geheven milieuheffing - aanslagjaar 2022

 

 

Gelet op het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen;

 

Gelet op het besluit van 16 oktober 1991 van de Vlaamse regering betreffende de medewerking van de Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaamse gewest aan de inning van gemeentelijke opcentiemen op sommige milieuheffingen, en latere wijzigingen;

 

Gelet op het decreet lokaal bestuur;

 

Gelet op het feit dat de gemeente financiële middelen nodig heeft voor zijn werking en investeringen;

 

Op voordracht van het college van burgemeester en schepenen;

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Artikel 1: 

Voor het aanslagjaar 2022 worden er 20 opcentiemen geheven op de milieuheffingen ingesteld door artikel 65 van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen.

 

Artikel 2: 

De gemeente doet een beroep op de medewerking van de Openbare Afvalstoffen-maatschappij voor het Vlaamse gewest met het oog op de invordering van deze opcentiemen.

 

Artikel 3: 

Deze verordening wordt naar de toezichthoudende overheid gezonden.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Belastingreglement op tweede verblijven

 

Gelet op de grondwet, meer bepaald artikel 170§4;

 

Gelet op het decreet lokaal bestuur;

 

Gelet op het decreet van 30 mei 2008, en latere wijzigingen, betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;

 

Gelet op de omzendbrief van 10 juni 2011 van de Vlaamse minister van bestuurszaken, binnenlands bestuur, inburgering, toerisme en Vlaamse rand houdende coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit;

 

Overwegende dat de belasting op tweede verblijven bovenal een forfaitaire weeldebelasting is op het gebruik van een luxegoed, ongeacht het inkomen van de belastingplichtige;

 

Overwegende dat de eigenaars van een tweede verblijf bovendien net als de inwoners van de gemeente gebruik kunnen maken van de gemeentelijke voorzieningen en dienstverlening waarvoor de gemeente aanzienlijke uitgaven doet en waaronder o.a. begrepen zijn: de investeringen in het openbaar domein, de groenaanplantingen, de veiligheid, de zorg voor de openbare ruimte, de infrastructuurwerken, het culturele aanbod, …

 

Overwegende dat personen die in de gemeente wonen en daar hun hoofdverblijf gevestigd hebben bijdragen aan de financiering van de gemeente d.m.v. de aanvullende personenbelasting die door de gemeente geheven wordt;

 

Overwegende dat de eigenaars en huurders van tweede verblijven evenwel geen aanvullende personenbelasting betalen aan de gemeente, terwijl zij wel gebruik maken van de dienstverlening van de gemeente, zodat het gepast voorkomt om de eigenaars van een tweede verblijf via een belasting op tweede verblijven te laten bijdragen aan de financiering van de gemeentelijke voorzieningen en dienstverlening;

 

Overwegende dat de gemeente 7,4 % aanvullende personenbelasting heft. Voor een gemiddelde inwoner betekent dit 315,00 euro per persoon of 789,00 euro per gezin (2020);

 

Overwegende dat de omzendbrief van 10 juni 2011 houdende coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit een tarief tot 1.000,00 euro als gematigd beschouwt;

 

Overwegende dat kampeerterreinen reeds worden belast op basis van het belastingreglement op kampeerterreinen, zodat de uitbaters van kampeerterreinen op die wijze reeds bijdragen aan de financiering van de gemeentelijke voorzieningen en dienstverlening en de gemeente hen bijgevolg niet nogmaals wenst te belasten;

 

Overwegende dat de belasting op tweede verblijven noodzakelijk is voor het bereiken van een financieel evenwicht in het meerjarenplan;

 

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Artikel 1: 

Er wordt voor de aanslagjaren 2022 t.e.m. 2025 een gemeentebelasting gevestigd op de tweede verblijven.

 

Artikel 2: 

Onder tweede verblijf moet worden verstaan elke andere private woongelegenheid dan die welke voor het hoofdverblijf is aangewend, waarvan de gebruikers niet voor hun hoofdverblijf zijn ingeschreven in de bevolkingsregisters, en waarvoor zij op elk ogenblik hetzij als eigenaar, hetzij als huurder, hetzij als houder van een gebruiksvergunning, kunnen beschikken al dan niet tegen betaling. Dit kunnen zijn landhuizen, bungalows, appartementen, weekendhuisjes, optrekjes, chalets, daarin inbegrepen de met chalets gelijkgestelde caravans, en alle andere vaste woongelegenheden, die al of niet ingeschreven zijn in de kadastrale legger, en stacaravans.

De hoedanigheid van tweede verblijf wordt beoordeeld op 1 januari van het aanslagjaar.

Private woongelegenheden die geïnventariseerd zijn als leegstaand, ongeschikt of onbewoonbaar worden niet aanzien als tweede verblijf.

 

Artikel 3: 

Worden niet beschouwd als tweede verblijf:

-          Het lokaal waarin een niet in de gemeente gedomicilieerd persoon een beroepsactiviteit uitoefent

-          Garages, tenten, verplaatsbare caravans, mobilhomes en woonaanhangwagens;

-          Logies die reeds onder de toepassing vallen van het belastingreglement op kampeerterreinen.

 

Artikel 4: 

De belasting is verschuldigd door de eigenaar van het tweede verblijf op 1 januari van het belastingjaar, ongeacht de duur van de eventuele verhuring en ongeacht het feit of de eigenaar al dan niet in de bevolkingsregisters is ingeschreven.

Ingeval van mede-eigendom is iedere mede-eigenaar de belasting verschuldigd voor zijn deel.

 

Artikel 5: 

De belasting is ondeelbaar en voor het gehele aanslagjaar verschuldigd.

Het tarief van de belasting wordt per aanslagjaar vastgesteld op:

Aanslagjaar

Tarief per tweede verblijf

2022

563,00 euro

2023

571,00 euro

2024

580,00 euro

2025

589,00 euro

 

Artikel 6: 

De verkoper van een tweede verblijf is verplicht binnen de twee maanden na het verlijden van de notariële akte, bij ter post aangetekende brief, de volgende gegevens aan het gemeentebestuur, dienst financiën, mee te delen:

a)      Volledige identiteit van de nieuwe eigenaar;

b)      Datum van de akte en naam van de notaris;

c)       Adres en kadastrale gegevens van het tweede verblijf.

De nieuwe eigenaar, vruchtgebruiker, erfpachter en opstalhouder zijn de belasting verschuldigd vanaf 1 januari volgend op de datum waarop de authentieke akte van verkoop werd verleden voor de notaris. Er zal geen rekening gehouden worden met de tussen de partijen voorafgaand aan het verlijden van de authentieke akte gesloten overeenkomst.

De verkopers die nalaten om het gemeentebestuur tijdig in te lichten zoals bepaald in dit artikel kunnen geldig worden aangeslagen in de belasting en blijven hoofdelijk gehouden tot betaling van de belasting.

 

Artikel 7: 

De belastingplichtige ontvangt vanwege het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de erin vermelde vervaldatum moet worden teruggestuurd.

De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden, uiterlijk op 1 mei van het aanslagjaar, aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen.

Artikel 8: 

Bij gebrek aan aangifte binnen de in artikel 7 gestelde termijn of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, wordt de belasting ambtshalve ingekohierd, overeenkomstig de bepalingen van artikel 7 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie en gemeentebelastingen.

 

Artikel 9: 

De belasting wordt ingevorderd bij middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 10: 

De belasting moet betaald worden binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

Artikel 11:

De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen.

Het bezwaar moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk en gemotiveerd worden ingediend.

De indiening kan gebeuren door aangetekende verzending, door overhandiging tegen ontvangstbewijs of via e-mail via het mailadres financien@herselt.be.

De indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat.

Het college van burgemeester en schepenen stuurt binnen de vijftien kalenderdagen na de indiening van het bezwaarschrift een ontvangstmelding enerzijds naar de belastingschuldige en, in voorkomend geval zijn vertegenwoordiger en anderzijds naar de financieel directeur.

 

Artikel 12:

Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, en latere wijzigingen, zijn de bepalingen van titel VII, hoofdstukken 1, 3, 4, 6 tot en met 9 bis van het wetboek van de inkomstenbelastingen en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit wetboek van toepassing op deze belasting voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen.

 

Artikel 13:

Dit reglement wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Belastingreglement op verwaarlozing van woningen en gebouwen.

 

Gelet op de grondwet, zoals gewijzigd, inzonderheid artikel 170, §4;

 

Gelet op decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, zoals gewijzigd;

 

Gelet op het decreet houdende de Vlaamse wooncode van 15 juli 1997, zoals gewijzigd;

 

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zoals gewijzigd;

 

Gelet op het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, zoals gewijzigd;

 

Gelet op de Vlaamse codex fiscaliteit van 13 december 2013, zoals gewijzigd;

 

Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, zoals gewijzigd;

 

Gelet op de Vlaamse codex wonen van 2021;

 

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering tot uitvoering van de Vlaamse codex wonen van 2021;

 

Overwegende dat de relevante Vlaamse woonregelgeving vanaf 1 januari 2021 wordt gecoördineerd in een ‘Vlaamse codex wonen’ en een globaal ‘besluit tot uitvoering van de Vlaamse codex wonen’; Dat het voor de regelgeving inzake verwaarlozing enkel om een tekstuele coördinatie gaat en niet om een inhoudelijke wijziging; Dat het bestaande reglement van 14 december 2020 de heffing op verwaarlozing wordt aangepast aan de gecoördineerde tekst; Dat verder een beperkte technische correctie wordt uitgevoerd in art. 3, §4 van het reglement;

 

Overwegende dat de gemeente een heffing op verwaarloosde gebouwen en woningen kan innen op grond van de gemeentelijke fiscale autonomie;

 

Gelet op het door de gemeenteraad van 14 december 2020 vastgesteld reglement inzake het register van verwaarloosde gebouwen en woningen;

 

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

 

Overwegende dat de gemeente verwaarlozing van woningen en gebouwen wenst te voorkomen en bestrijden om de verloedering van de leef- en woonomgeving tegen te gaan;

 

Overwegende dat de vrijstellingen in het reglement aansluiten bij de noden en het beleid van de gemeente;

 

Overwegend dat het nuttig is om een geïntegreerd beleid te voeren ter bestrijding van leegstand en verwaarlozing van woningen en gebouwen;

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

1. ALGEMENE BEPALINGEN

 

Artikel 1: Definities

Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

1° Beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen:
a) een aangetekend schrijven;
b) een afgifte tegen ontvangstbewijs;

2° Gebouw: elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen omvat, met uitzondering van de bebouwde onroerende goederen die vallen onder de toepassing van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten; 

3° Register van verwaarloosde gebouwen en woningen: het gemeentelijk register van verwaarloosde gebouwen en woningen, als vermeld in artikel 2.15 Vlaamse codex wonen;

4° Woning: elk onroerend goed of het deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande;

5° Houder van het zakelijk recht: de persoon of de personen met een recht van volle eigendom, opstal, erfpacht of vruchtgebruik met betrekking tot een gebouw of een woning.

2. HEFFING op verwaarloosde woningen en gebouwen

 

Artikel 2: Belastbare grondslag

§1. Er wordt voor de aanslagjaren 2022 tot en met 2025 een jaarlijkse gemeentebelasting, zijnde de heffing op verwaarloosde woningen en gebouwen, gevestigd op de woningen en gebouwen die gedurende minstens 12 opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het gemeentelijk register van verwaarloosde gebouwen en woningen.

§2. Zolang het verwaarloosde gebouw of de verwaarloosde woning niet uit het register van verwaarloosde gebouwen en woningen is geschrapt, blijft de heffing op verwaarloosde woningen en gebouwen verschuldigd op het ogenblik van het verstrijken van elke nieuwe periode van 12 maanden vanaf de datum van de 1ste verjaardag van de opnamedatum.

§3. Bij de overdracht van het zakelijk recht van een gebouw of een woning geldt de datum van de authentieke overdrachtsakte als aanvangspunt voor het berekenen van de termijnen van 12 maanden.

 

Artikel 3: Belastingplichtige

§1. Belastingplichtig is diegene die op het ogenblik van het verschuldigd worden van de heffing op verwaarloosde woningen en gebouwen houder van het zakelijk recht is van het verwaarloosde gebouw of de verwaarloosde woning.

§2. Zolang het gebouw of de woning niet uit het register van verwaarloosde gebouwen en woningen is geschrapt, is de houder van het zakelijk recht, vermeld in §1, op het ogenblik dat een nieuwe termijn van 12 maanden verstrijkt, de belastingplichtige voor de nieuwe belasting.

§3. Zo er meerdere belastingplichtigen zijn, zijn deze hoofdelijk gehouden tot betaling van de verschuldigde belasting.

§4. In het geval van overdracht van het zakelijk recht moet de overdrager van het zakelijk recht de verkrijger, voorafgaand aan de overdracht, in kennis stellen dat de woning of het gebouw is opgenomen in het register van verwaarloosde gebouwen en woningen.

Tevens moet hij per beveiligde zending een kopie van de notariële akte bezorgen aan de gemeente, binnen 2 maanden na het verlijden van de notariële akte. Deze kopie bevat minstens de volgende gegevens:

-          naam en adres van de verkrijger van het zakelijk recht en zijn eigendomsaandeel;

-          datum van de akte, naam en standplaats van de notaris;

-          nauwkeurige aanduiding van de overgedragen woning of het gebouw.

De overdrager van het zakelijk recht kan de instrumenterende ambtenaar vragen om dit in zijn plaats te doen.

Bij ontstentenis van deze kennisgeving wordt de overdrager van een zakelijk recht, in afwijking van §1, als belastingschuldige beschouwd voor de eerstvolgende belasting die na de overdracht van het zakelijk recht wordt gevestigd.

 

Artikel 4: Berekening van de heffing op verwaarloosde woningen en gebouwen

§1. Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op:

 1.500,00 euro voor een verwaarloosd gebouw;

 1.500,00 euro voor een verwaarloosde woning

§2. De belasting wordt vermenigvuldigd met het aantal termijnen van twaalf maanden dat het gebouw of de woning zonder onderbreking is opgenomen in het gemeentelijk register van verwaarloosde gebouwen en woningen.

§3. De belasting wordt ten hoogste vermenigvuldigd met vijf.

§4. Bij de overdracht van het zakelijk recht van een gebouw of een woning geldt de datum van de authentieke overdrachtsakte als aanvangspunt voor het berekenen van de termijnen van 12 maanden.

 

Artikel 5: Vrijstellingen

§1. Van de heffing op verwaarloosde woningen en gebouwenzijn vrijgesteld:

 de belastingplichtige die volle eigenaar is van 1 enkele woning, die die woning  uitsluitend gebruikt als hoofdverblijfplaats en die geen zakelijk recht heeft op een ander onroerend goed; 

 de belastingplichtige die maximaal 1 jaar houder van het zakelijk recht is van het gebouw of de woning;

§2. Een vrijstelling wordt verleend indien het gebouw of de woning:

 gelegen is binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd onteigeningsplan;

 geen voorwerp meer kan uitmaken van een stedenbouwkundige vergunning of een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen omdat een voorlopig of definitief onteigeningsplan is vastgesteld; 

 krachtens decreet beschermd is als monument, of opgenomen is op een bij besluit vastgesteld   ontwerp van lijst tot bescherming als monument;

 deel uitmaakt van een krachtens decreet beschermd stads- of dorpsgezicht of landschap, of van een stads- of dorpsgezicht of landschap dat opgenomen is op een bij besluit vastgesteld ontwerp  van lijst tot bescherming als stads- of dorpsgezicht of landschap; 

 vernield of beschadigd werd ten gevolge van een plotse ramp, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een periode van 3 jaar volgende op de datum van de vernieling of de beschadiging;

 gerenoveerd wordt blijkens een niet vervallen stedenbouwkundige vergunning of omgevingsvergunning voor stabiliteitswerken, renovatiewerken of sloopwerkzaamheden, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een termijn van 3 jaar volgend op het uitvoerbaar worden van de stedenbouwkundige vergunning of omgevingsvergunning;

 het voorwerp uitmaakt van een overeenkomst met het oog op renovatie-, verbeterings- of aanpassingswerkzaamheden in de zin van artikel 3.30 §2 Vlaamse codex wonen;

 het voorwerp uitmaakt van een door de gemeente, het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn of een sociale woonorganisatie verkregen sociaal beheersrecht, overeenkomstig boek 5, deel 7 Vlaamse codex wonen;

Indien de belastingplichtige de verwaarlozing laat aanhouden omwille van een vreemde oorzaak die de belastingplichtige niet kan worden toegerekend, wordt eveneens een vrijstelling verleend.

 

Artikel 6: Inkohiering

De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 7: Betaling van de belasting

De belasting moet betaald worden binnen 2 maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

 

Artikel 8: Bezwaar tegen de aanslag

§1.De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen. 

Het bezwaarschrift moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van 3 maanden te rekenen vanaf de 3de werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag. Van het bezwaarschrift wordt binnen 15 dagen na de indiening ervan een ontvangstmelding afgegeven.

§2.Het bezwaarschrift wordt behandeld in overeenstemming met het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.

 

3. SLOTBEPALINGEN

 

Artikel 9

Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen zijn van toepassing op dit belastingreglement.

 

Artikel 10

De gemeenteraadsbeslissing van 14 december 2020 houdende goedkeuring van het gemeentereglement inzake de heffing op verwaarlozing wordt met ingang van 1 januari 2022 opgeheven en vervangen door onderhavig reglement. Onderhavig reglement treedt in voege op 1 januari 2022 en wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 285 t.e.m. 287 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Belastingreglement op leegstand van gebouwen en woningen

 

Gelet op de grondwet, zoals gewijzigd, inzonderheid artikel 170, §4;

 

Gelet op het decreet houdende de Vlaamse wooncode van 15 juli 1997, zoals gewijzigd;

 

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zoals gewijzigd;

 

Gelet op het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, zoals gewijzigd;

 

Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, zoals gewijzigd;

 

Gelet op de Vlaamse codex wonen van 2021;

 

Gelet  op het besluit van de Vlaamse regering tot uitvoering van de Vlaamse codex wonen van 2021;

 

Overwegende dat de relevante Vlaamse woonregelgeving vanaf 1 januari 2021 wordt gecoördineerd in een ‘Vlaamse codex wonen’ en een globaal ‘besluit tot uitvoering van de Vlaamse codex wonen’.  Dat het voor de regelgeving inzake leegstand enkel om een tekstuele coördinatie gaat en niet om een inhoudelijke wijziging; Dat het o.a. naar aanleiding van deze coördinatie het bestaande reglement van 14 december 2020 inzake de heffing op leegstand wordt aangepast aan de gecoördineerde tekst;

 

Overwegende dat de gemeente een leegstandsheffing kan innen op grond van de gemeentelijke fiscale autonomie;

 

Gelet op het door de gemeenteraad van 14 december 2020 vastgesteld reglement inzake het leegstandsregister van gebouwen en woningen;

 

Gelet op de financiële toestand van de gemeente;

 

Overwegende dat het wenselijk is dat de woningen en gebouwen in de gemeente optimaal benut worden;

 

Overwegende dat de gemeente langdurige leegstand van woningen en gebouwen wenst te  voorkomen en bestrijden;

 

Overwegende dat de vrijstellingen in het reglement aansluiten bij de noden en het beleid van de gemeente;

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

1. ALGEMENE BEPALINGEN

 

Artikel 1: Definities

Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

1° Eengezinswoning: elk bebouwd onroerend goed dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van één gezin of één alleenstaande, waarin zich geen andere woningen bevinden;

2° Beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen:
a) een aangetekend schrijven;
b) een afgifte tegen ontvangstbewijs;

3° Gebouw: elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen omvat, met uitsluiting van bedrijfsruimten, vermeld in artikel 2, 1°, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten;

4° Kamer: een woning waarin een toilet, een bad of douche of een kookgelegenheid ontbreken en waarvan de bewoners voor een of meer van die voorzieningen aangewezen zijn op de gemeenschappelijke ruimten in of aansluitend bij het gebouw waarvan de woning deel uitmaakt;

5° Leegstaand gebouw: een gebouw waarvan meer dan de helft van de totale vloeroppervlakte niet overeenkomstig de functie van het gebouw wordt aangewend gedurende een termijn van ten minste 12 opeenvolgende maanden. Daarbij wordt geen rekening gehouden met woningen die deel uitmaken van het gebouw. De functie van het gebouw is deze die overeenkomt met een voor het gebouw of voor gedeelten daarvan afgeleverde of gedane stedenbouwkundige vergunning of -melding, milieuvergunning of -melding , of uitgereikte omgevingsvergunning of meldingsakte als vermeld in artikel 6 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning. Bij een gebouw waarvoor geen vergunning of melding voorhanden is, of waarvan de functie niet duidelijk uit een vergunning of melding blijkt, wordt deze functie afgeleid uit het gewoonlijk gebruik van het gebouw voorafgaand aan het vermoeden van leegstand, zoals dat blijkt uit aangiften, akten of bescheiden.
Een gebouw dat in hoofdzaak gediend heeft voor een economische activiteit, vermeld in artikel 2, 2°, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, wordt niet beschouwd als leegstaand zolang de oorspronkelijke beoefenaar van deze activiteit een gedeelte van het gebouw bewoont en dat gedeelte niet afsplitsbaar is. Een gedeelte is eerst afsplitsbaar indien het na sloping van de overige gedeelten kan worden beschouwd als een afzonderlijke woning die voldoet aan de bouwfysische vereisten.
In afwijking hiervan wordt een nieuw gebouw als leegstaand beschouwd indien dat gebouw binnen 7 jaar na de afgifte van een stedenbouwkundige vergunning in laatste administratieve aanleg of een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen in laatste administratieve aanleg niet aangewend wordt overeenkomstig het 1ste lid;

6° Leegstaande woning: een woning die gedurende een termijn van ten minste 12 opeenvolgende maanden niet aangewend wordt in overeenstemming met de woonfunctie;
In afwijking hiervan wordt een nieuwe woning als leegstaand beschouwd indien de woning binnen 7 jaar na de afgifte van een stedenbouwkundige vergunning in laatste administratieve aanleg of een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen in laatste administratieve aanleg niet aangewend wordt overeenkomstig het 1ste lid;

7° Leegstandsregister: het gemeentelijk register van leegstaande gebouwen en woningen, vermeld in art. 2.9 Vlaamse codex wonen;

8° Woning: elk onroerend goed of het deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande;

9° Houder van het zakelijk recht: de persoon of de personen met een recht van volle eigendom, opstal, erfpacht of vruchtgebruik met betrekking tot een gebouw of een woning;

 

2. LEEGSTANDSHEFFING

 

Artikel 2: Belastbare grondslag

§1. Er wordt voor de aanslagjaren 2022 tot en met 2025 een jaarlijkse gemeentebelasting, zijnde de leegstandsheffing, gevestigd op de woningen en gebouwen die gedurende minstens 12 opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister.

 

§2. Zolang het leegstaand gebouw of de leegstaande woning niet uit het leegstandsregister is geschrapt, blijft de leegstandsheffing verschuldigd op het ogenblik van het verstrijken van elke nieuwe periode van 12 maanden vanaf de datum van de 1ste verjaardag van de opnamedatum.

 

§3. Bij de overdracht van het zakelijk recht van een gebouw of een woning geldt de datum van de authentieke overdrachtsakte als aanvangspunt voor het berekenen van de termijnen van 12 maanden.

 

Artikel 3: Belastingplichtige

§1. Belastingplichtig is diegene die op het ogenblik van het verschuldigd worden van de leegstandsheffing houder van het zakelijk recht is van het leegstaande gebouw of de leegstaande woning.

 

§2. Zolang het gebouw of de woning niet uit het leegstandsregister is geschrapt, is de houder van het zakelijk recht, vermeld in §1, op het ogenblik dat een nieuwe termijn van 12 maanden verstrijkt, de belastingplichtige voor de nieuwe belasting.

 

§3. Zo er meerdere belastingplichtigen zijn, zijn deze hoofdelijk gehouden tot betaling van de verschuldigde belasting.

 

§4. In het geval van overdracht van het zakelijk recht moet de overdrager van het zakelijk recht de verkrijger, voorafgaand aan de overdracht, in kennis stellen dat de woning of het gebouw is opgenomen in het leegstandsregister.

Tevens moet hij per beveiligde zending een kopie van de notariële akte bezorgen aan de gemeente, binnen 2 maanden na het verlijden van de notariële akte. Deze kopie bevat minstens de volgende gegevens:

-          naam en adres van de verkrijger van het zakelijk recht en zijn eigendomsaandeel;

-          datum van de akte, naam en standplaats van de notaris;

-          nauwkeurige aanduiding van de overgedragen woning of het gebouw.

De overdrager van het zakelijk recht kan de instrumenterende ambtenaar vragen om dit in zijn plaats te doen.

Bij ontstentenis van deze kennisgeving wordt de overdrager van een zakelijk recht, in afwijking van §1, als belastingschuldige beschouwd voor de eerstvolgende belasting die na de overdracht van het zakelijk recht wordt gevestigd.

 

Artikel 4: Berekening van de leegstandsheffing

§1.Het bedrag van de belasting wordt forfaitair vastgesteld op:

1° 1.500,00 euro voor een leegstaand gebouw;

2° voor een leegstaande woning:

a)  1.500,00 euro  voor een eengezinswoning;

b)  100,00 euro  voor een kamer;

c) 1.000,00 euro  voor elke andere woning dan deze vermeld onder a) en b).

 

§2. Voor de daaropvolgende jaren:

Voor elke bijkomende nieuwe termijn van 12 maanden dat het gebouw of de woning in het leegstandsregister staat, wordt de belasting vermeerderd met:

1° 1.500,00 euro voor een leegstaand gebouw;

2° voor een leegstaande woning:

b)  1.500,00 euro  voor een eengezinswoning;

c)  100,00 euro  voor een kamer;

d) 1.000,00 euro  voor elke andere woning dan deze vermeld onder a) en b).

De belasting, zoals vastgesteld in §1, kan maximaal 4 maal vermeerderd worden met bovenvermeld bedrag.

§3. Bij de overdracht van het zakelijk recht van een gebouw of een woning geldt de datum van de authentieke overdrachtsakte als aanvangspunt voor het berekenen van de termijnen van 12 maanden.

 

Artikel 5: Vrijstellingen

§1. Van de leegstandsheffing zijn vrijgesteld:

1° de belastingplichtige die volle eigenaar is van 1 enkele woning;

2° de belastingplichtige die in een erkende ouderenvoorziening verblijft, of voor een langdurig verblijf werd opgenomen in een psychiatrische instelling;

3° de belastingplichtige waarvan de handelingsbekwaamheid beperkt werd ingevolge een gerechtelijke beslissing;

4° de belastingplichtige die maximaal 1 jaar houder van het zakelijk recht is van het gebouw of de woning

§2. Een vrijstelling wordt verleend indien het gebouw of de woning:

1° gelegen is binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd         onteigeningsplan;

2° geen voorwerp meer kan uitmaken van een stedenbouwkundige vergunning of een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen omdat een voorlopig of definitief onteigeningsplan is vastgesteld;

3° krachtens decreet beschermd is als monument, of opgenomen is op een bij besluit vastgesteld   ontwerp van lijst tot bescherming als monument;

4° deel uitmaakt van een krachtens decreet beschermd stads- of dorpsgezicht of landschap, of van  een stads- of dorpsgezicht of landschap dat opgenomen is op een bij besluit vastgesteld ontwerp  van lijst tot bescherming als stads- of dorpsgezicht of landschap;

5° vernield of beschadigd werd ten gevolge van een plotse ramp, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een periode van 3 jaar volgend op de datum van de vernieling of beschadiging; (Ramp: een gebeurtenis die zich voordoet buiten de wil van de houder van het zakelijk recht en waardoor de schade dermate is dat het gebruik onmogelijk is vb. brand, gasontploffing, blikseminslag…)

6° onmogelijk daadwerkelijk gebruikt kan worden omwille van een verzegeling in het kader van een strafrechtelijk onderzoek of omwille van een expertise in het kader van een gerechtelijke procedure, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een periode van 2 jaar volgend op de aanvang van de onmogelijkheid tot daadwerkelijk gebruik;

7° gerenoveerd wordt blijkens een niet vervallen stedenbouwkundige vergunning of een omgevingsvergunning voor stabiliteitswerken, renovatiewerken of sloopwerkzaamheden, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt gedurende een termijn van 3 jaar volgend op het uitvoerbaar worden van de stedenbouwkundige vergunning of de omgevingsvergunning;

 

8° het voorwerp uitmaakt van een overeenkomst met het oog op renovatie-, verbeterings- of aanpassingswerkzaamheden in de zin van artikel 3.30 §2 Vlaamse codex wonen;

 

9° het voorwerp uitmaakt van een door de gemeente, het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn of een sociale woonorganisatie verkregen sociaal beheersrecht, overeenkomstig boek 5, deel 7 Vlaamse codex wonen;

10° vervat is in een project dat aangemeld is bij de VMSW via het projectportaal conform artikel 6 van het besluit van de Vlaamse regering van 25 oktober 2013 houdende de procedure voor de planning, de programmatie en de realisatie van woonprojecten. 

Indien de belastingplichtige de leegstand laat aanhouden omwille van een vreemde oorzaak die de belastingplichtige niet kan worden toegerekend, wordt eveneens een vrijstelling verleend.

 

Artikel 6: Inkohiering

De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 7: Betaling van de belasting

De belasting moet betaald worden binnen 2 maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

 

Artikel 8: Bezwaar tegen de aanslag

§1.De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen. 

Het bezwaarschrift moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van 3 maanden te rekenen vanaf de 3de werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag. Van het bezwaarschrift wordt binnen 15 dagen na de indiening ervan een ontvangstmelding afgegeven.

§2.Het bezwaarschrift wordt behandeld in overeenstemming met het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.

 

3. SLOTBEPALINGEN

 

Artikel 9

Het decreetvan 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen zijn van toepassing op dit belastingreglement.

 

Artikel 10

De gemeenteraadsbeslissing van 14 december 2020 houdende goedkeuring van het gemeentereglement inzake de leegstandsheffing op de leegstand van gebouwen en woningen wordt met ingang van 1 januari 2022 opgeheven en vervangen door onderhavig reglement.

Onderhavig reglement treedt in voege op 1 januari 2022 en wordt bekend gemaakt overeenkomstig artikel 285 t.e.m. 287 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Retributiereglement voor het uitvoeren van werken voor derden op de openbare wegenis en het gebruik van signalisatiematerialen (in het kader van signalisatievergunningen).

 

Overwegende dat het gemeentebestuur regelmatig wordt verzocht werken uit te voeren voor derden op het openbaar domein (openbare wegenis);

 

Overwegende dat het gemeentebestuur regelmatig dient over te gaan tot het uitvoeren van herstellings-werken allerhande ten gevolge van particuliere bouwwerken of andere activiteiten;

 

Overwegende dat het uitvoeren van deze werken aan de gemeente lasten en kosten veroorzaakt en het gepast is hiervoor vanwege de belanghebbende een billijke vergoeding te eisen;

 

Gelet op de bepalingen van het decreet lokaal bestuur;

 

Gelet op de Politiecodex Zuiderkempen van 1 januari 2014, art. 222, meer bepaald de vaststelling van de voorwaarden voor het inbuizen van grachten;

 

Gelet op de bepalingen van de Politiecodex Zuiderkempen, art. 101 – verboden werken op openbaar domein uit te voeren;

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Artikel 1: 

Met ingang van 1 januari 2022 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025, wordt een retributie geheven op het uitvoeren door de gemeente van werken voor derden, op hun verzoek, op de openbare wegenis.

 

Artikel 2: 

De tarieven worden als volgt samengesteld:

 

 inbuizingen van baangrachten

plaatsen of verwijderen van de buizen:  30,00 euro per lopende meter

buizen (2,5 m lengte): diameter 40 cm 80,00 euro per stuk

  diameter 50 cm 100,00 euro per stuk

  diameter 60 cm 140,00 euro per stuk

  diameter 100 cm 400,00 euro per stuk

buizen (1 m lengte): diameter 40 cm 85,00 euro per stuk

  diameter 50 cm 120,00 euro per stuk

  diameter 60 cm 150,00 euro per stuk

  diameter 100 cm 330,00 euro per stuk

 

plaatsen of verwijderen van kopmuren

  300,00 euro per kopmuur, inclusief materialen

 

plaatsen of verwijderen van straatgoten met een breedte van 50 cm

plaatsen (excl. goten) of verwijderen van de goten 30,00 euro per lopende meter

goten (1 m lengte):   25,00 euro per stuk

Per lopende meter dient begrepen te worden als lopende meter in de langsrichting van de openbare wegenis.

 

plaatsen of verwijderen van betonklinkers (opritten)

plaatsen (incl. gestabiliseerd zand, excl. klinkers) of verwijderen klinkers

   60,00 euro per lopende meter

Betonklinkers (enkel grijze)  25,00 euro per lopende meter

Per lopende meter dient begrepen te worden als lopende meter in de langsrichting van de openbare wegenis.

 

plaatsen of verwijderen van grasdallen

plaatsen of verwijderen van grasdallen (excl. Grasdallen) 60,00 euro per lopende meter

grasdallen   25,00 euro per lopende meter

Per lopende meter dient begrepen te worden als lopende meter in de langsrichting van de openbare wegenis

 

Gebruik signalisatiematerialen (borden, palen, nadar) (in functie van aangevraagde signalisatievergunningen)

Voor het gebruik van gemeentelijke signalisatieborden wordt er een retributie gevraagd van 20,00 euro voor de eerste dag, ongeacht het aantal signalisatieborden/materialen.

Dit tarief wordt verhoogd met 5,00 euro per dag vanaf de tweede dag gebruik (uitgezonderd zon- en feestdagen).

De borden worden geleverd en opgehaald door de gemeentelijke diensten.

 

Andere opdrachten

Werkuren personeel  45,00 euro per begonnen uur

Gebruik vrachtwagen (excl. personeel)  45,00 euro per begonnen uur

Gebruik bandenkraan (excl. personeel)  45,00 euro per begonnen uur

 

Artikel 3: 

De retributie is verschuldigd door de persoon die rechtstreeks of onrechtstreeks de werken aanvraagt of de werken veroorzaakt.

 

Artikel 4: 

De invordering zal geschieden door de financieel directeur.

 

Artikel 5: 

De invordering moet betaald worden:

- indien zij onmiddellijk berekenbaar is, bij aanvraag

- indien zij niet onmiddellijk berekenbaar is, bij beëindiging van de werken.

 

Artikel 6:

Deze verordening wordt naar de toezichthoudende overheid gezonden. 

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Retributiereglement op de inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen op het recyclagepark en verkoop van producten

 

Situering

De kosten voor afvalinzameling  en afvalverwerking vertegenwoordigen een aanzienlijk deel van de werkingskosten van de gemeente.

De gemeenteraad wenst dan ook over te gaan tot het invoeren van een retributie op een aantal van deze afvalfracties die aangeleverd kunnen worden op het recyclagepark.

Het recyclagepark wordt sinds maart 2014 uitgebaat door Intercommunale IOK Afvalbeheer.

 

Wettelijke gronden

Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en latere wijzigingen.

Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, en latere wijzigingen (Materialendecreet), in het bijzonder artikel 26.

Besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, en latere wijzigingen (VLAREMA), in het bijzonder art. 5.1.1 e.v.

Uitvoeringsplan Huishoudelijk Afval en Gelijkaardig Bedrijfsafval, goedgekeurd op 16 september 2016 door de Vlaamse regering, en latere wijzigingen.

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Artikel 1.  Belastbaar voorwerp en definities

Met ingang van 1 januari 2022 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 wordt een retributie gevestigd op de inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen op het recyclagepark en verkoop van producten.

 

Op de afvalstoffen vermeld in dit reglement zijn de definities van het Materialendecreet, het VLAREMA, het Uitvoeringsplan Huishoudelijk Afval en Gelijkaardig Bedrijfsafval en het huishoudelijk reglement van het recyclagepark van toepassing.

 

Artikel 2.  Retributieplichtigen

De retributie is hoofdelijk verschuldigd door de persoon die de afvalstoffen, vermeld in artikelen 3, 4 en 5 aanlevert op het recyclagepark, of de producten, vermeld in artikelen 6 en 7, overhandigd krijgt.

 

 

Artikel 3.  Kilogramtarieven

 

 

Tarief

grof vuil en huisvuil

0,24 euro per kilogram

hechtgebonden asbestcement (> 200 kg per gezin per jaar)

cellenbeton, kalk, gips

0,15 euro per kilogram

hout C

roofing

groenafval (excl. snoeihout):

  • boomstronken
  • bladeren en boomvruchten
  • grasmaaisel
  • tuinafval

0,10 euro per kilogram

hout A & B

vlak glas

harde kunststoffen

steen- en betonpuin

0,02 euro per kilogram

hechtgebonden asbestcement (≤ 200 kg per gezin per jaar)

0,00 euro per kilogram

snoeihout

 

De kilogramtarieven worden jaarlijks geïndexeerd zoals bepaald in artikel 8.

 

Er wordt steeds minstens 4 kg aangerekend per weegcyclus.

 

Ongesorteerde leveringen dienen betaald te worden tegen het tarief van de duurst aangeleverde afvalsoort.

 

Artikel 4.  Volumetarieven

 

 

Tarief

piepschuim (< 60 liter)

0,00 euro

piepschuim (60-200 liter)

1,00 euro

piepschuim (> 200 liter)

6,50 euro

 

Artikel 5. Tarief per stuk

 

 

Tarief

Professioneel AEEA

(enkel afkomstig van het particuliere circuit)

25,00 euro per stuk

 

Artikel 6. Landbouwfolies

Landbouwfolies (kuil- en wikkelfolies) : Volgens de op het ogenblik van de inzameling geldende tarieven vastgesteld door IOK

 

Artikel 7. Producten

 

 

Tarief

Biodegradeerbare zakken voor inzameling gft:

 

  • Rol van 50 zakken van 10 liter
  • Rol van 10 zakken van 120 liter

6,00 euro per rol

Papieren zakken voor inzameling gft:

 

pakket van 80 zakken van 8 liter

6,00 euro per pakket

Geventileerd keukenemmertje

 

3,00 euro per stuk

P+MD-zak: rol van 24 zakken van 60 liter

 

3,60 euro per rol

P+MD-zak: rol van 10 zakken van 120 liter

 

1,50 euro per rol

Fijne compost: zak van 40 liter

 

4,00 euro per zak

Gewone compost: zak van 40 liter

 

2,00 euro per zak

Potgrond: zak van 50 liter

 

4,00 euro per zak

Compostbak

 

45,00 euro per stuk

Compostvat

 

30,00 euro per stuk

 

Artikel 8. Toegangskaart

Volgende entiteiten kunnen een tijdelijke toegangskaart voor het recyclagepark bekomen tegen betaling van 5,00 euro:

 bedrijven met vestiging in Herselt

 Herseltse scholen

 jeugdbewegingen die hun accommodatie in Herselt ter beschikking stellen van jeugdkampen                             (kaart enkel geldig tijdens de duur van de kampplaatsen)

 erfgenamen van een woning in Herselt (i.f.v. opruimingswerken)

 eigenaars (die nog niet in Herselt wonen) van een te verbouwen / te renoveren woning die                             bestemd is als eigen woning

Voor de vervanging van een beschadigde of verloren toegangskaart voor het recyclagepark, wordt een bedrag gevraagd van 5,00 euro. De vervangingskost is niet verschuldigd wanneer de houder van de toegangskaart het bewijs levert dat het verlies of de beschadiging niet werd veroorzaakt door zijn nalatigheid.

 

Artikel 9. Indexering

De kilogramtarieven worden jaarlijks op 1 januari geïndexeerd op basis van de evolutie van de consumptieprijsindex.

 

De tarieven worden vermenigvuldigd met een factor:

 met in de teller de consumptieprijsindex die van toepassing was in september van het jaar dat voorafgaat aan het jaar waarin het tarief wordt gewijzigd, en

 met in de noemer de consumptieprijsindex die van toepassing was in september 2020.

Het zo verkregen getal wordt naar beneden afgerond op 2 cijfers na de komma.

 

De kilogramtarieven worden enkel geïndexeerd indien een even tarief na afronding op 2 cijfers na de komma bereikt wordt.

 

Artikel 10. Wijze van inning

Op het recyclagepark wordt de retributie vereffend door betaling volgens de procedure vastgesteld in het huishoudelijk reglement van het recyclagepark.

 

Voor de verkoop van producten elders dan op het recyclagepark wordt de retributie vereffend volgens de betalingsprocedure die van toepassing is op het verkooppunt.

 

Een betalingsbewijs wordt afgeleverd.

 

Artikel 11. Kennisgeving

Een afschrift van dit reglement wordt ter kennisgeving overgemaakt aan IOK Afvalbeheer en OVAM.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Toelagereglement Diftar

 

Situering

De gemeenteraad stemde op 14 december 2020 de contantbelasting Diftar.

 

De beslissing van de gemeenteraad van 3 december 2003 houdende beheersoverdracht aan de intergemeentelijke vereniging IOK Afvalbeheer voor de activiteiten inzake afvalbeheer, zoals verwoord in artikel 4 van de statuten van IOK Afvalbeheer.

 

De beslissing van de gemeenteraad van 25 mei 2020 houdende participatie in het DIFTAR-project van de opdrachthoudende vereniging IOK Afvalbeheer.

 

De beslissing van de gemeenteraad van 25 mei 2020 om vanaf 1 januari 2021 met het DIFTAR-systeem te starten bij de huis-aan-huisinzameling van restafval en GFT.

 

Dit reglement vervangt het toelagereglement m.b.t. Diftar, gestemd door de gemeenteraad op 26 oktober 2020, met ingang van heden.

 

Wettelijke gronden

•Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, en latere wijzigingen.

•De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen.

•Het bestuursdecreet van 7 december 2018, houdende de bepalingen openbaarheid van bestuur.

•De wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen.

 

Toelichting en advies

Om sociale redenen is het aangewezen om een tegemoetkoming te voorzien voor de volgende personen die ingeschreven zijn in het bevolkingsregister van de gemeente, aangezien zij meer afval produceren:

•Personen met een medische reden (zoals bijvoorbeeld: incontinentie, nierdialyse, stomapatiënten, mucoviscidosepatiënten,…)

•Kinderen onder de 1 jaar (toekenning bij geboorte)

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Artikel 1:

Met ingang van heden en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 wordt om sociale redenen een gemeentelijke toelage verleend voor Diftar.

 

Artikel 2:

De gemeente Herselt keert een toelage uit aan de referentiepersonen van het gezin waarvan ten minste 1 of meerdere gezinsleden geconfronteerd worden met een tijdelijke of permanente verhoging van hun hoeveelheid restafval als gevolg van de hieronder vastgelegde situaties.

 

Artikel 3 – Medische redenen:

De gemeente Herselt verleent jaarlijks een toelage van 54 euro aan personen ingeschreven in de gemeente om een medische reden (vb. nierdialyse thuis, stomapatiënten, incontinentie, een huidziekte met blaarvorming en loslating opperhuid, mucoviscidosepatiënten, …), die extra afval veroorzaakt na voorlegging van een attest van het ziekenfonds of van een medisch getuigschrift waarin bevestigd wordt dat betrokkene extra verzorgingsmateriaal gebruikt.

 

Artikel 4 – Kinderen:

De gemeente Herselt verleent éénmalig een toelage van 18 euro/kind aan ieder gezin ingeschreven in de gemeente, waar er in de loop van het jaar een kind (kinderen) geboren wordt (worden).

 

Artikel 5:

De toelage bedoeld in artikel 3 en 4 zal aan de referentiepersoon toegekend worden als uit de bevolkingsgegevens blijkt dat het gezin in het toelagejaar in Herselt woont en aan de gestelde voorwaarden voldoet.

 

De toelage bedoeld in artikel 3 zal toegekend worden op voorwaarde dat hij/zij het gevraagde attest voorlegt. Het attest hoeft slechts éénmalig en niet jaarlijks worden voorgelegd als een geneesheer of ziekenfonds verklaart dat de aandoening onomkeerbaar is.

 

Indien het een minderjarige persoon betreft zal de toelage toegekend worden aan de referentiepersoon van het gezin waarvan hij/zij deel uitmaakt.

 

Artikel 6:

De gemeentelijke toelagen kunnen nooit meer bedragen dan 100% van de ‘contantbelasting per kilogram’ dat jaarlijks betaald wordt voor het gewogen gewicht aan restafval dat werd aangeboden door de referentiepersoon van het gezin waar de rechthebbende op de toelage deel van uit maakt.

Het gewogen gewicht wordt berekend aan het einde van het jaar voor het jaar waarvoor de toelage werd aangevraagd.

 

Artikel 7:

De toelage wordt verrekend op de provisie van het Diftar-project van de referentiepersoon van het aansluitpunt.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Drankprijzen gemeentelijke zalen

 

Situering

AB Inbev indexeerde de tarieven op 1 augustus 2021.

De nieuwe tarieven zijn geldig t.e.m. 31 juli 2022.

 

Ook Alken-Maes voerde een prijsstijging door voor de cava.

Ook Miko voerde een prijsstijging door voor de koffie en koffiebenodigdheden.

 

Voor de aankoop van de Herseltse bieren zijn er geen prijswijzigingen.

 

Bij de vorige indexering werd er geen prijswijziging doorgevoerd naar onze gebruikers toe.

 

Wettelijke gronden

Contractuele bepalingen in het bestek voor de overheidsopdracht voor leveringen met als voorwerp 'Drank en bijhorende benodigdheden voor de gemeentelijke accommodatie - deel prijsherzieningen':

- Prijsherzieningen zijn enkel mogelijk mits goedkeuring van de aanbestedende overheid.

- Prijsherzieningen dienen via schrijven aan de aanbestedende overheid bezorgd te worden.

- Prijsstijgingen dienen verantwoord te worden d.m.v. de nodige stavingsdocumenten.

 

Toelichting en advies

De verschillende leveranciers bezorgden een nieuwe prijslijst aan de beheerder van VTC de Mixx. De prijsstijgingen zijn het gevolg van de jaarlijkse indexering en de stijging van een aantal grondstoffen.

 

Op basis van de nieuwe aankoopprijzen werd een nieuw voorstel van prijszetting uitgewerkt, rekening houdende met de winstmarges die hierop gehanteerd worden.

 

In bijlage werd volgend document toegevoegd:

- Voorstel prijszetting drankautomaten (VTC de Mixx)

- Voorstel prijszetting evenementen (van toepassing in de gemeentelijke feestzalen)

- Voorstel prijszetting vergaderzalen en recepties VTC de Mixx

 

In elk document wordt per artikel weergegeven:

- Onze aankoopprijs

- Onze huidige verkoopprijs

- Het voorstel van de nieuwe verkoopprijs op basis van de winstmarges die we hanteren

- Of het voorstel een prijsstijging, prijsdaling of prijsneutraal is

 

De gehanteerde winstmarges zijn in bijlage toegevoegd.

 

Aandachtspunten:

- De verkoopprijzen worden telkens afgerond op een rond getal 

- De aankoopprijzen van Stella en Jupiler (vaten) zijn verschillend, maar het voorstel is om toch               dezelfde verkoopprijzen te hanteren.  In sommige gemeentelijke zalen kunnen de gebruikers                             immers niet kiezen welk pilsbier ze nemen (op vat).

- Voor de koffiepouches is er overgeschakeld naar een ander merk (Miko Baccara ipv Puro).

- Voor water van 1 liter is er overgeschakeld van Chaudefontaine naar Ordal.

 

Argumentatie van de gemeenteraad leidende tot het uiteindelijke besluit

De gemeenteraad sluit zich aan bij het advies van de administratie.

 

Stemming over het besluit:

Stemmen voor:

Milo Anthonis, Peter Keymeulen, Mireille Colson, Mark Van den Wouwer, Raf Vangenechten, Pieter-Jan Parrein, Elke Verlinden, Geert Sterckx, Tim Tubbax, Dolinda Voet, Kristof Van Dingenen, Karen Broes en Stefan Korthout

Onthouden zich:

Luc Peetermans, Kathleen Helsen, Ronan Korthout, Christiane Van Thielen, Gerda Battel, Hilde Van Reet, Evelien Van Bedts, Warre Schauwaers, Maria Leirs en Wies Ooms

 

Motivatie onthouding Luc Peetermans: De fractie CD&V+2230 onthoudt zich, gezien de onduidelijkheid over de toepassing en het onderscheid dat nu gemaakt wordt tussen VTC de Mixx en de parochiezalen.

 

BESLUIT

Artikel 1:

Akkoord te gaan met de nieuwe prijszetting zoals opgenomen in:

- voorstel drankprijzen van toepassing in de drankautomaten (VTC de Mixx)

- voorstel drankprijzen van toepassing bij de organisatie van evenementen (van toepassing in
 de gemeentelijke feestzalen)

- voorstel drankprijzen van toepassing in de vergaderzalen en bij recepties in VTC de Mixx

 

Artikel 2:

De nieuwe prijzen in te laten gaan op 1 januari 2022.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Opvolging: opvolging schepenen van rechtswege

 

Situering

De gezamenlijke akte van voordracht van de kandidaat-schepenen werd overhandigd aan de algemeen directeur op 3 december 2018, zijnde uiterlijk acht dagen voor de installatievergadering van de gemeenteraad.

 

De agemeen directeur heeft op 3 december 2018 een afschrift van de gezamenlijke akte van voordracht aan de burgemeester bezorgd.

 

De akte van voordracht van kandidaat-schepenen voor volgende kandidaat-schepenen maakt melding van de einddatum van het mandaat:

 voor Mireille Colson is de einddatum 31 december 2021;

 voor Pieter-Jan Parrein is de einddatum 31 december 2021;

 

De akte van voordracht van kandidaat-schepenen maakt voor volgende kandidaat-schepenen eveneens melding van een opvolger voor de resterende duurtijd van het mandaat:

 Mireille Colson met als opvolger Kristof Van Dingenen, Drie Eikenstraat 29,

 Pieter-Jan Parrein met als opvolger Mireille Colson, Eveneland 8.

 

Tijdens de installatievergadering van 7 januari 2019 werden de volgende voorgedragen kandidaat-schepenen verkozen verklaard in de rangorde van de gezamenlijke akte van voordracht van de kandidaat-schepenen en werd akte  genomen van hun eedaflegging:

         eerste schepen, Mireille Colson, mandaat met einddatum 31 december 2021, met als opvolger Kristof Van Dingenen

         tweede schepen, Mark Van den Wouwer

         derde schepen, Raf Vangenechten

         vierde schepen, Pieter-Jan Parrein,  mandaat met einddatum 31 december 2021, met als opvolger Mireille Colson.             

 

Wettelijke gronden

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikelen 42, 43, 44 en 49;

De omzendbrief KB / ABB 2018 / 3 van 26 oktober 2018 — Start van de lokale en provinciale bestuursperiode;

 

Toelichting en advies

Artikel 43. van het decreet lokaal bestuur stipuleert:

§ 1.....

De gezamenlijke akte van voordracht kan ook de einddatum van het mandaat van een kandidaat-schepen vermelden. In dat geval kan op de akte van voordracht de naam vermeld worden van een of meer personen die hem zullen opvolgen voor de resterende duurtijd van het mandaat. In voorkomend geval is de schepen bij het bereiken van de einddatum van het mandaat van rechtswege ontslagnemend en wordt hij van rechtswege opgevolgd door de persoon die in de akte van voordracht als opvolger is vermeld. Als het mandaat eindigt voor de einddatum, vermeld in de akte, of als de persoon die in de akte van voordracht werd vermeld als de persoon die de schepen zou opvolgen, zijn mandaat niet opneemt, neemt de eerstvolgende opvolger vervroegd het mandaat op. Als de persoon die als laatste opvolger is vermeld, het mandaat niet kan opnemen of als er geen opvolger is vermeld, wordt tot vervanging overgegaan overeenkomstig artikel 49...

 

Op 31 december 2021 zijn eerste schepen, Mireille Colson, mandaat met einddatum 31 december 2021 en vierde schepen, Pieter-Jan Parrein, mandaat met einddatum 31 december 2021 bijgevolg van rechtswege ontslagnemend.

 

Vanaf 1 januari 2022 worden zij van rechtswege opgevolgd door:

         Mireille Colson door opvolger Kristof Van Dingenen, Drie Eikenstraat 29,

         Pieter-Jan Parrein door opvolger Mireille Colson, Eveneland 8.

 

 

KENNISNAME van de opvolgingen van rechtswege vanaf 1 januari 2022 van de volgende schepenen:

         Mireille Colson door opvolger Kristof Van Dingenen, Drie Eikenstraat 29,

         Pieter-Jan Parrein door opvolger Mireille Colson, Eveneland 8.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Opvolging schepenen: kennisname verhindering

 

Situering

Mevrouw Mireille Colson bezorgde op 23 november 2021 bericht aan de algemeen directeur dat zij volgens de voordrachtsakte van gedeputeerden gedeputeerde Ludwig Caluwé vanaf 1 januari 2022 zal opvolgen. Ze zal hiertoe de eed afleggen op 15 december 2021 en wenst dit mandaat op te nemen.

 

Wettelijke gronden

Decreet lokaal bestuur, artikel 47 en 49

 

Artikel 47. (01/01/2019- ...)

De gemeenteraad neemt akte van de verhindering van de volgende personen:

1° de schepen die lid is van de federale of Vlaamse Regering of van de Europese Commissie;

2° de schepen die lid is van de deputatie van de provincieraad of van het college, vermeld in artikel 83quinquies, § 2, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen;

Artikel 49. (01/01/2019- ...)

§ 1. Als een schepen zijn schepenmandaat niet aanvaardt, van zijn mandaat vervallen wordt verklaard, als verhinderd wordt beschouwd, afgezet of geschorst is, ontslag heeft genomen of overleden is, beslist de gemeenteraad met behoud van de toepassing van artikel 42, § 3, eerste lid, of het opengevallen schepenmandaat wordt ingevuld. Als de gemeenteraad beslist heeft om het mandaat niet in te vullen, kan het mandaat voor de rest van de zittingsperiode niet meer ingevuld worden. Als de gemeenteraad beslist heeft om het mandaat in te vullen, wordt tot een nieuwe verkiezing van een schepen overgegaan binnen twee maanden na het openvallen van het schepenmandaat. De schepen wordt verkozen op basis van een akte van voordracht van de kandidaat-schepen, ondertekend door meer dan de helft van de verkozen gemeenteraadsleden. Om ontvankelijk te zijn moet die akte van voordracht voor de kandidaat-schepenen ook ondertekend zijn door een meerderheid van de personen die op dezelfde lijst als de voorgedragen kandidaat zijn verkozen. Als de lijst waarop een kandidaat-schepen voorkomt maar twee verkozenen telt, volstaat de handtekening van een van hen. Met behoud van de toepassing van artikel 43 kan elk gemeenteraadslid maar één akte van voordracht ondertekenen per schepenmandaat. Overtreding van dat verbod wordt bestraft overeenkomstig artikel 7, § 2.

 

De akte van voordracht kan ook de einddatum van het mandaat van de kandidaat-schepen vermelden. In dat geval kan op de akte van voordracht de naam van een of meer personen vermeld worden die hem zullen opvolgen voor de resterende duurtijd van het mandaat. In voorkomend geval is de schepen bij het bereiken van de einddatum van het mandaat van rechtswege ontslagnemend en wordt hij van rechtswege opgevolgd door de persoon die in de akte van voordracht als opvolger is vermeld. Indien het mandaat eindigt voor de einddatum, vermeld in de akte, of indien de persoon die in de akte van voordracht werd vermeld als de persoon die de schepen zou opvolgen, zijn mandaat niet opneemt, neemt de eerstvolgende opvolger vervroegd het mandaat op. Als de persoon die als laatste opvolger is vermeld, het mandaat niet kan opnemen of als er geen opvolger is vermeld, wordt tot vervanging overgegaan overeenkomstig dit artikel. De voorzitter van de gemeenteraad gaat na of de akte van voordracht ontvankelijk is. In voorkomend geval wordt de voorgedragen kandidaat-schepen verkozen verklaard op de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad.

 

Als binnen twee maanden na het openvallen van een schepenmandaat en voor de bezorging van de akte van voordracht, genomen met toepassing van het eerste lid, een bijkomend schepenmandaat openvalt, waarvan de gemeenteraad beslist heeft het ook in te vullen, kan voor de vervanging van al die mandaten overgegaan worden tot een verkiezing overeenkomstig artikel 43, § 1 en § 2. De oorspronkelijke termijn van twee maanden voor het mandaat dat het eerst opengevallen is, blijft in dat geval van toepassing. Als evenwel toepassing wordt gemaakt van het eerste lid, blijft voor het tweede opengevallen mandaat de termijn, vermeld in het eerste lid, van toepassing.

 

In de gevallen, vermeld in het eerste en het derde lid, kan op de akte van voordracht worden bepaald, in afwijking van artikel 43, § 4, dat een of meer nieuw verkozen schepenen de rang innemen van degenen die ze vervangen.

 

Als twee maanden na het openvallen van het schepenmandaat nog geen nieuwe schepen is benoemd overeenkomstig het eerste en het derde lid, kan de schepen op de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad verkozen worden overeenkomstig artikel 43, § 3.

 

Tot aan de nieuwe verkiezing kan het mandaat worden waargenomen overeenkomstig paragraaf 2.

 

§ 2. Als de schepen om een andere reden dan de redenen, vermeld in paragraaf 1, afwezig is, kan hij worden vervangen door het op dezelfde lijst verkozen gemeenteraadslid met de hoogste rang. Als er geen gemeenteraadslid is dat op dezelfde lijst verkozen is, kan de schepen vervangen worden door het gemeenteraadslid van een andere lijst met de hoogste rang. Als dat raadslid de schepen niet kan vervangen, kan het schepenmandaat waargenomen worden door een van de andere gemeenteraadsleden in volgorde van hun rang.

 

Het gemeenteraadslid dat overeenkomstig het eerste lid de schepen vervangt, vervangt die schepen van rechtswege ook in zijn mandaat van lid van het vast bureau.

 

§ 3. De verhindering, het ontslag, het verval van mandaat, de afstand van mandaat, de afzetting en de schorsing als lid van het vast bureau houden van rechtswege de verhindering, het ontslag, het verval van mandaat, de afstand van mandaat, de afzetting en de schorsing van de schepen in.

 

§ 4. De schepen die als verhinderd wordt beschouwd, die geschorst is of tijdelijk afwezig is, wordt vervangen zolang hij verhinderd, geschorst of tijdelijk afwezig is. De gemeenteraad neemt akte van de verhindering of schorsing, en van de beëindiging van de periode van de verhindering of schorsing.

 

Toelichting en advies

Volgens artikel 47 van het decreet lokaal bestuur neemt de gemeenteraad akte van de verhindering van de volgende personen:

2° de schepen die lid is van de deputatie van de provincieraad...

 

De gemeenteraad dient bijgevolg akte te nemen van de verhindering van Mireille Colson als schepen vanaf 1 januari 2022. Zij wenst wel haar mandaat als gemeenteraadslid verder op te nemen.

 

 

KENNISNAME

van de verhindering van Mireille Colson als schepen vanaf 1 januari 2022.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Opvolging schepenen: invullen opengevallen mandaat

 

Situering

De gemeenteraad nam in zitting van heden kennis van de verhindering van mevrouw Mireille Colson als schepen vanaf 1 januari 2022.

 

Wettelijke gronden

Decreet lokaal bestuur, artikel 47 en 49

 

Artikel 47. (01/01/2019- ...)

De gemeenteraad neemt akte van de verhindering van de volgende personen:

1° de schepen die lid is van de federale of Vlaamse Regering of van de Europese Commissie;

2° de schepen die lid is van de deputatie van de provincieraad of van het college, vermeld in artikel 83quinquies, § 2, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen;

Artikel 49. (01/01/2019- ...)

§ 1. Als een schepen zijn schepenmandaat niet aanvaardt, van zijn mandaat vervallen wordt verklaard, als verhinderd wordt beschouwd, afgezet of geschorst is, ontslag heeft genomen of overleden is, beslist de gemeenteraad met behoud van de toepassing van artikel 42, § 3, eerste lid, of het opengevallen schepenmandaat wordt ingevuld. Als de gemeenteraad beslist heeft om het mandaat niet in te vullen, kan het mandaat voor de rest van de zittingsperiode niet meer ingevuld worden. Als de gemeenteraad beslist heeft om het mandaat in te vullen, wordt tot een nieuwe verkiezing van een schepen overgegaan binnen twee maanden na het openvallen van het schepenmandaat. De schepen wordt verkozen op basis van een akte van voordracht van de kandidaat-schepen, ondertekend door meer dan de helft van de verkozen gemeenteraadsleden. Om ontvankelijk te zijn moet die akte van voordracht voor de kandidaat-schepenen ook ondertekend zijn door een meerderheid van de personen die op dezelfde lijst als de voorgedragen kandidaat zijn verkozen. Als de lijst waarop een kandidaat-schepen voorkomt maar twee verkozenen telt, volstaat de handtekening van een van hen. Met behoud van de toepassing van artikel 43 kan elk gemeenteraadslid maar één akte van voordracht ondertekenen per schepenmandaat. Overtreding van dat verbod wordt bestraft overeenkomstig artikel 7, § 2.

 

De akte van voordracht kan ook de einddatum van het mandaat van de kandidaat-schepen vermelden. In dat geval kan op de akte van voordracht de naam van een of meer personen vermeld worden die hem zullen opvolgen voor de resterende duurtijd van het mandaat. In voorkomend geval is de schepen bij het bereiken van de einddatum van het mandaat van rechtswege ontslagnemend en wordt hij van rechtswege opgevolgd door de persoon die in de akte van voordracht als opvolger is vermeld. Indien het mandaat eindigt voor de einddatum, vermeld in de akte, of indien de persoon die in de akte van voordracht werd vermeld als de persoon die de schepen zou opvolgen, zijn mandaat niet opneemt, neemt de eerstvolgende opvolger vervroegd het mandaat op. Als de persoon die als laatste opvolger is vermeld, het mandaat niet kan opnemen of als er geen opvolger is vermeld, wordt tot vervanging overgegaan overeenkomstig dit artikel. De voorzitter van de gemeenteraad gaat na of de akte van voordracht ontvankelijk is. In voorkomend geval wordt de voorgedragen kandidaat-schepen verkozen verklaard op de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad.

 

Als binnen twee maanden na het openvallen van een schepenmandaat en voor de bezorging van de akte van voordracht, genomen met toepassing van het eerste lid, een bijkomend schepenmandaat openvalt, waarvan de gemeenteraad beslist heeft het ook in te vullen, kan voor de vervanging van al die mandaten overgegaan worden tot een verkiezing overeenkomstig artikel 43, § 1 en § 2. De oorspronkelijke termijn van twee maanden voor het mandaat dat het eerst opengevallen is, blijft in dat geval van toepassing. Als evenwel toepassing wordt gemaakt van het eerste lid, blijft voor het tweede opengevallen mandaat de termijn, vermeld in het eerste lid, van toepassing.

 

In de gevallen, vermeld in het eerste en het derde lid, kan op de akte van voordracht worden bepaald, in afwijking van artikel 43, § 4, dat een of meer nieuw verkozen schepenen de rang innemen van degenen die ze vervangen.

 

Als twee maanden na het openvallen van het schepenmandaat nog geen nieuwe schepen is benoemd overeenkomstig het eerste en het derde lid, kan de schepen op de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad verkozen worden overeenkomstig artikel 43, § 3.

 

Tot aan de nieuwe verkiezing kan het mandaat worden waargenomen overeenkomstig paragraaf 2.

 

§ 2. Als de schepen om een andere reden dan de redenen, vermeld in paragraaf 1, afwezig is, kan hij worden vervangen door het op dezelfde lijst verkozen gemeenteraadslid met de hoogste rang. Als er geen gemeenteraadslid is dat op dezelfde lijst verkozen is, kan de schepen vervangen worden door het gemeenteraadslid van een andere lijst met de hoogste rang. Als dat raadslid de schepen niet kan vervangen, kan het schepenmandaat waargenomen worden door een van de andere gemeenteraadsleden in volgorde van hun rang.

 

Het gemeenteraadslid dat overeenkomstig het eerste lid de schepen vervangt, vervangt die schepen van rechtswege ook in zijn mandaat van lid van het vast bureau.

 

§ 3. De verhindering, het ontslag, het verval van mandaat, de afstand van mandaat, de afzetting en de schorsing als lid van het vast bureau houden van rechtswege de verhindering, het ontslag, het verval van mandaat, de afstand van mandaat, de afzetting en de schorsing van de schepen in.

 

§ 4. De schepen die als verhinderd wordt beschouwd, die geschorst is of tijdelijk afwezig is, wordt vervangen zolang hij verhinderd, geschorst of tijdelijk afwezig is. De gemeenteraad neemt akte van de verhindering of schorsing, en van de beëindiging van de periode van de verhindering of schorsing.

 

Toelichting en advies

Als een schepen als verhinderd wordt beschouwd, beslist de gemeenteraad met behoud van toepassing van van artikel 42, § 3, eerste lid, of het opengevallen schepenmandaat wordt ingevuld. Als de gemeenteraad beslist heeft om het mandaat niet in te vullen, kan het mandaat voor de rest van de zittingsperiode niet meer ingevuld worden. Als de gemeenteraad beslist heeft om het mandaat in te vullen, wordt tot een nieuwe verkiezing van een schepen overgegaan binnen twee maanden na het openvallen van het schepenmandaat.

 

Argumentatie van de gemeenteraad leidende tot het uiteindelijke besluit

De gemeenteraad wenst het opengevallen mandaat opnieuw in te vullen, gelet op het feit dat de periode van verhindering ook kan eindigen voor het einde van de zittingsperiode.

 

Stemming over het besluit:

Stemmen voor:

Peter Keymeulen, Mireille Colson, Mark Van den Wouwer, Raf Vangenechten, Pieter-Jan Parrein, Elke Verlinden, Geert Sterckx, Tim Tubbax, Dolinda Voet, Kristof Van Dingenen, Karen Broes en Stefan Korthout

Onthouden zich:

Luc Peetermans, Kathleen Helsen, Ronan Korthout, Christiane Van Thielen, Gerda Battel, Hilde Van Reet, Evelien Van Bedts, Warre Schauwaers, Maria Leirs en Wies Ooms

Niet gestemd:

Milo Anthonis

 

Motivatie onthouding Luc Peetermans: De fractie CD&V+2230 onthoudt zich omdat ze het mandaat van Geert Sterckx niet in de weg wil staan.

 

BESLUIT

Het opengevallen schepenmandaat vanaf 1 januari 2022 wordt ingevuld.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Opvolging: installatie nieuwe schepen: kennisname

 

Situering

De gemeenteraad besliste in zitting van heden het mandaat van schepen vanaf 1 januari 2022 in te vullen.

De nieuwe schepen wordt verkozen op basis van een akte van voordracht van één kandidaat-schepen.

 

Wettelijke gronden

Decreet lokaal bestuur, artikels 47 en 49

 

Artikel 47. (01/01/2019- ...)

De gemeenteraad neemt akte van de verhindering van de volgende personen:

1° de schepen die lid is van de federale of Vlaamse Regering of van de Europese Commissie;

2° de schepen die lid is van de deputatie van de provincieraad of van het college, vermeld in artikel 83quinquies, § 2, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen;

Artikel 49. (01/01/2019- ...)

§ 1. Als een schepen zijn schepenmandaat niet aanvaardt, van zijn mandaat vervallen wordt verklaard, als verhinderd wordt beschouwd, afgezet of geschorst is, ontslag heeft genomen of overleden is, beslist de gemeenteraad met behoud van de toepassing van artikel 42, § 3, eerste lid, of het opengevallen schepenmandaat wordt ingevuld. Als de gemeenteraad beslist heeft om het mandaat niet in te vullen, kan het mandaat voor de rest van de zittingsperiode niet meer ingevuld worden. Als de gemeenteraad beslist heeft om het mandaat in te vullen, wordt tot een nieuwe verkiezing van een schepen overgegaan binnen twee maanden na het openvallen van het schepenmandaat. De schepen wordt verkozen op basis van een akte van voordracht van de kandidaat-schepen, ondertekend door meer dan de helft van de verkozen gemeenteraadsleden. Om ontvankelijk te zijn moet die akte van voordracht voor de kandidaat-schepenen ook ondertekend zijn door een meerderheid van de personen die op dezelfde lijst als de voorgedragen kandidaat zijn verkozen. Als de lijst waarop een kandidaat-schepen voorkomt maar twee verkozenen telt, volstaat de handtekening van een van hen. Met behoud van de toepassing van artikel 43 kan elk gemeenteraadslid maar één akte van voordracht ondertekenen per schepenmandaat. Overtreding van dat verbod wordt bestraft overeenkomstig artikel 7, § 2.

 

De akte van voordracht kan ook de einddatum van het mandaat van de kandidaat-schepen vermelden. In dat geval kan op de akte van voordracht de naam van een of meer personen vermeld worden die hem zullen opvolgen voor de resterende duurtijd van het mandaat. In voorkomend geval is de schepen bij het bereiken van de einddatum van het mandaat van rechtswege ontslagnemend en wordt hij van rechtswege opgevolgd door de persoon die in de akte van voordracht als opvolger is vermeld. Indien het mandaat eindigt voor de einddatum, vermeld in de akte, of indien de persoon die in de akte van voordracht werd vermeld als de persoon die de schepen zou opvolgen, zijn mandaat niet opneemt, neemt de eerstvolgende opvolger vervroegd het mandaat op. Als de persoon die als laatste opvolger is vermeld, het mandaat niet kan opnemen of als er geen opvolger is vermeld, wordt tot vervanging overgegaan overeenkomstig dit artikel. De voorzitter van de gemeenteraad gaat na of de akte van voordracht ontvankelijk is. In voorkomend geval wordt de voorgedragen kandidaat-schepen verkozen verklaard op de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad.

 

Als binnen twee maanden na het openvallen van een schepenmandaat en voor de bezorging van de akte van voordracht, genomen met toepassing van het eerste lid, een bijkomend schepenmandaat openvalt, waarvan de gemeenteraad beslist heeft het ook in te vullen, kan voor de vervanging van al die mandaten overgegaan worden tot een verkiezing overeenkomstig artikel 43, § 1 en § 2. De oorspronkelijke termijn van twee maanden voor het mandaat dat het eerst opengevallen is, blijft in dat geval van toepassing. Als evenwel toepassing wordt gemaakt van het eerste lid, blijft voor het tweede opengevallen mandaat de termijn, vermeld in het eerste lid, van toepassing.

 

In de gevallen, vermeld in het eerste en het derde lid, kan op de akte van voordracht worden bepaald, in afwijking van artikel 43, § 4, dat een of meer nieuw verkozen schepenen de rang innemen van degenen die ze vervangen.

 

Als twee maanden na het openvallen van het schepenmandaat nog geen nieuwe schepen is benoemd overeenkomstig het eerste en het derde lid, kan de schepen op de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad verkozen worden overeenkomstig artikel 43, § 3.

 

Tot aan de nieuwe verkiezing kan het mandaat worden waargenomen overeenkomstig paragraaf 2.

 

§ 2. Als de schepen om een andere reden dan de redenen, vermeld in paragraaf 1, afwezig is, kan hij worden vervangen door het op dezelfde lijst verkozen gemeenteraadslid met de hoogste rang. Als er geen gemeenteraadslid is dat op dezelfde lijst verkozen is, kan de schepen vervangen worden door het gemeenteraadslid van een andere lijst met de hoogste rang. Als dat raadslid de schepen niet kan vervangen, kan het schepenmandaat waargenomen worden door een van de andere gemeenteraadsleden in volgorde van hun rang.

 

Het gemeenteraadslid dat overeenkomstig het eerste lid de schepen vervangt, vervangt die schepen van rechtswege ook in zijn mandaat van lid van het vast bureau.

 

§ 3. De verhindering, het ontslag, het verval van mandaat, de afstand van mandaat, de afzetting en de schorsing als lid van het vast bureau houden van rechtswege de verhindering, het ontslag, het verval van mandaat, de afstand van mandaat, de afzetting en de schorsing van de schepen in.

 

§ 4. De schepen die als verhinderd wordt beschouwd, die geschorst is of tijdelijk afwezig is, wordt vervangen zolang hij verhinderd, geschorst of tijdelijk afwezig is. De gemeenteraad neemt akte van de verhindering of schorsing, en van de beëindiging van de periode van de verhindering of schorsing.

 

Toelichting en advies

De akte van voordracht van de kandidaat-schepenen werd overhandigd aan de algemeen directeur op 12 december 2021

 

De algemeen directeur heeft op 12 december 2021 een afschrift van de gezamenlijke akte van voordracht aan de burgemeester bezorgd, en aan de voorzitter van de gemeenteraad.

 

De voorzitter van de gemeenteraad heeft vastgesteld dat de akte van voordracht van kandidaat-schepen werd ondertekend door meer dan de helft van de gemeenteraadsleden én door een meerderheid van de personen die zijn verkozen op dezelfde lijst als de voorgedragen kandidaat.  Niemand kan meer dan één akte van voordracht ondertekenen. De voorzitter van de gemeenteraad kan dus de ontvankelijkheid van de akte bevestigen.

 

In de ontvankelijke voordrachtakte wordt de heer Geert Sterckx, Ramselsesteenweg 166, 2230 Herselt als kandidaat-schepen voorgedragen als opvolger van de verhinderde schepen Mireille Colson vanaf 1 januari 2022.

 

Geert Sterckx heeft de eed als gemeenteraadslid afgelegd. De kandidaat-schepen bevindt zich niet in een situatie van onverenigbaarheid.

De akte van voordracht van kandidaat-schepen voor Geert Sterckx maakt geen melding van de einddatum van het mandaat.

 

Het college van burgemeester en schepenen dient te bestaan uit personen van verschillend geslacht. Geert Sterckx zal de vierde schepen zijn. De voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst die is toegevoegd aan het college is steeds de laatste schepen in rang. De burgemeester staat hoger in rang dan de schepenen.

 

 

KENNISNAME

Artikel 1:

Akte te nemen van de ontvankelijke akte van voordracht van de kandidaat-schepen.

 

Artikel 2:

Volgende voorgedragen kandidaat-schepen Geert Sterckx verkozen te verklaren in de rangorde van vierde schepen vanaf 1 januari 2022.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Opvolging: eedaflegging Kristof Van Dingenen

 

Situering

Vastgesteld wordt dat de volgende schepenen vanaf 1 januari 2022 zijn mandaat kan opnemen:

Kristof Van Dingenen als opvolger van rechtswege van Mireille Colson

 

Toelichting en advies

Uit het onderzoek van de geloofsbrieven met betrekking tot de schepen blijkt dat deze nog steeds voldoet aan alle gestelde vereisten van verkiesbaarheid, en zich niet bevindt in een geval van onverenigbaarheid.

 

Het bewijs is geleverd dat de voornoemde opvolger thans Belg is en de voorwaarden van leeftijd en woonst verenigt.

 

De schepen legt vervolgens, voor hij zijn mandaat aanvaardt, in openbare vergadering van de gemeenteraad de decretaal voorgeschreven eed af in handen van de burgemeester, cfr. artikel 44 van het decreet openbaar bestuur.

 

"Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen".

 

 

BESLUIT

Artikel 1:

Kristof Van Dingenen legt in openbare vergadering, in handen van de burgemeester, Peter Keymeulen, de voorgeschreven eed af als volgt: "Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen."

 

Artikel 2:

Kennis te nemen van de opvolging van rechtswege door schepen Kristof Van Dingenen vanaf 1 januari 2022 als eerste schepen.

 

Artikel 3:

Dit besluit mede te delen aan de toezichthoudende overheid op de wijze die werd bepaald in het decreet lokaal bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Opvolging: eedaflegging Geert Sterckx

 

Situering

Vastgesteld wordt dat de volgende schepen vanaf 1 januari 2022 zijn mandaat kan opnemen:

Geert Sterckx als opvolger van vanaf 1 januari 2022 verhinderde schepen Mireille Colson volgens de ontvankelijke voordrachtsakte.

 

Toelichting en advies

Uit het onderzoek van de geloofsbrieven met betrekking tot de schepen blijkt dat deze nog steeds voldoet aan alle gestelde vereisten van verkiesbaarheid, en zich niet bevindt in een geval van onverenigbaarheid.

 

Het bewijs is geleverd dat de voornoemde opvolger thans Belg is en de voorwaarden van leeftijd en woonst verenigt.

 

De schepen legt vervolgens, voor hij zijn mandaat aanvaardt, in openbare vergadering van de gemeenteraad de decretaal voorgeschreven eed af in handen van de burgemeester, cfr. artikel 44 van het decreet openbaar bestuur.

 

"Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen".

 

 

BESLUIT

Artikel 1:

Geert Sterckx legt in openbare vergadering, in handen van de burgemeester, Peter Keymeulen, de voorgeschreven eed af als volgt: "Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen."

 

Artikel 2:

Kennis te nemen van de opvolging door schepen Geert Sterckx vanaf 1 januari 2022 als vierde schepen.

 

Artikel 3:

Dit besluit mede te delen aan de toezichthoudende overheid op de wijze die werd bepaald in het decreet lokaal bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Mandatering van de gemeentelijke vertegenwoordiger om in functie van de nieuwe regelgeving op verenigingen en vennootschappen op de algemene vergadering van Kringwinkel Zuiderkempen vzw van 21 december 2021 de bestuursvernieuwing goed te keuren die dan zal voorliggen.

 

Situering

Gemeente Herselt participeert in De Kringwinkel Zuiderkempen vzw en Milieu en Werk vzw en is dan ook vertegenwoordigd in de algemene vergadering.

Op 17 november 2021 ontving de dienst secretariaat een mail van Hans Bouwen, algemeen directeur van de Kringwinkel Zuiderkempen vzw ivm de bestuursvernieuwing bij de Kringwinkel Zuiderkempen vzw en Milieu en Werk vzw.

 

Wettelijke gronden

Decreet lokaal bestuur

 Artikel 246.

...

§ 2. De vertegenwoordigers van de gemeente in de algemene vergadering van de gemeentelijke vennootschap en vereniging worden door de gemeenteraad uit zijn leden gekozen.

 

De vertegenwoordigers van de gemeente in de algemene vergadering handelen overeenkomstig de instructies van de gemeenteraad.

 

§ 3. De gemeenteraad en de vertegenwoordigers van de gemeente in de algemene vergadering kunnen op elk moment beslissen om de aanwijzingen en de voordrachten te herroepen. De statuten van de gemeentelijke vennootschap, vereniging of stichting bepalen dat de betrokken vertegenwoordigers door die herroeping van rechtswege ontslagnemend zijn. Ze worden vervangen.

 

Alle aanwijzingen en voordrachten worden herroepen door de volledige vernieuwing van de gemeenteraad. De vertegenwoordigers blijven in functie totdat hun vervangers zijn aangewezen of benoemd.

 

Toelichting en advies

Door de nieuwe wetgeving op verenigingen en vennootschappen zijn De Kringwinkel Zuiderkempen vzw en Milieu en Werk vzw verplicht om zich aan te passen aan de nieuwe regels. Ze namen deze gelegenheid te baat om meteen hun hele bestuurswerking te vernieuwen en aan te passen aan de noden van vandaag. 

Als bijlage zijn de nieuwe statuten voor De Kringwinkel Zuiderkempen vzw en Milieu en Werk vzw toegevoegd, alsook een document met daarin de bevoegdheden en volmachten in deze organisaties. Deze documenten vormen samen de juridische neerslag van het denkwerk van het bestuursorgaan.

Met deze bestuursvernieuwing komen we in een nieuwe levensfase van de organisatie. Deze organisatie is ontstaan uit een fusie van drie kleinere kringloopcentra in 2006. Ze willen hun bestuur aanpassen aan de noden die we vandaag voelen: ze willen hun stakeholders (lokale besturen, vrijwilligers) een plaats geven in het bestuur van hun organisatie. Ze willen dit bestuur verder aanvullen met deskundigen die vanuit een bepaalde expertise hun organisatie kunnen versterken.   Daarmee willen ze komen tot een kleiner maar slagvaardig bestuursorgaan.

Tenslotte willen ze ook de vertegenwoordiging en de bevoegdheden van het management verduidelijken binnen en buiten de organisatie.

• Algemene vergadering

          Elke gemeente in het werkingsgebied kan een lid van de algemene vergadering aanduiden. Als alle gemeentebesturen een lid aanduiden, ligt de meerderheid van de stemmen van de algemene vergadering steeds bij de lokale besturen.

          IOK en Welzijnszorg Kempen kunnen lid blijven van de algemene vergadering

          Vrijwilligers krijgen een duidelijke plaats in de algemene vergadering: er kunnen maximaal 14 vrijwilligers lid worden.

• Bestuursorgaan

          Stad Herentals en Stad Geel kunnen elk 2 leden voordragen voor het bestuursorgaan. Zij kunnen ook een deskundige (niet-mandataris) voordragen voor het bestuursorgaan.

          De vrijwilligerswerking van de winkelwerking kan 3 leden voordragen voor het bestuursorgaan.

          Er zijn verder nog 6 deskundigen welkom in het bestuursorgaan. Welzijnszorg Kempen en IOK engageerden zich om daarvan elk één lid voor te dragen.

          Er wordt niet meer met een dagelijks bestuur gewerkt. Het bestuur geeft in een volmachten- en bevoegdhedenreglement een overzicht over de vertegenwoordigingen en volmachten van het management. Deze worden gepubliceerd zodat ze tegenstelbaar zijn voor derden.

• In de statuten van Milieu en Werk werd de afhankelijkheid van De Kringwinkel Zuiderkempen vzw duidelijk gemaakt. Door die afhankelijkheid op te nemen in de statuten van Milieu en Werk werd het mogelijk gemaakt om een btw-eenheid te vormen. Op die manier worden De Kringwinkel Zuiderkempen vzw en Milieu en Werk vzw voor de btw-administratie gezien als één organisatie.

Bedoeling is om de bestuursvernieuwing af te ronden en te besluiten op de algemene vergadering van 21 december 2021: daar willen ze de nieuwe statuten aannemen, het nieuwe bestuursorgaan aanstellen en het volmachten en bevoegdhedenreglement goedkeuren. Concreet worden 2 vragen voorgelegd aan de gemeentraad:

- Keurt u deze statutenwijzigingen goed?

- Wie is uw vertegenwoordiger in uw algemene vergadering?

Tijdens de gemeenteraad van 25 februari 2020 werd de voorzitter van de gemeenteraad Milo Anthonis aangeduid als afgevaardigde voor de algemene vergaderingen bij Kringwinkel Zuiderkempen vzw en Milieu en Werk vzw.

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Artikel 1:

Kennis wordt genomen van de brief van 17 november 2021 van Kringwinkel Zuiderkempen vzw waarin ze hun bestuursvernieuwing toelichten.

 

Artikel 2: 

Aan de gemeentelijke vertegenwoordiger wordt de opdracht gegeven om op de algemene vergadering van 21 december 2021 overeenkomstig deze beslissing te stemmen, evenals op elke andere algemene vergadering die wordt samengeroepen ter behandeling van de agendapunten van deze vergadering.

 

Artikel 3: 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en zal onverwijld een afschrift van deze beslissing bezorgen aan de Kringwinkel Zuiderkempen vzw via mail aan hans.bouwen@dekringwinkelzuiderkempen.be.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Kleine Landeigendom Zuiderkempen- Bijzondere algemene vergadering - 30 november 2021

 

Situering

De algemene vergadering van Kleine Landeigendom Zuiderkempen vond plaats op 30 november om 18 uur. Omwille van de huidige Corona-maatregelen vond de vergadering digitaal plaats.

 

De vergadering had volgende agenda:

1)      Traject woonmaatschappij. Het nieuwe decreet inzake de woonmaatschappij (BS 10 september 2021) brengt grote veranderingen in de sector van de sociale huisvestingsmaatschappijen en sociale verhuurkantoren vanaf 1 januari 2023.

2)      Toelichting van de commissaris over de gevolgen voor de aandeelhouders.

3)      Verlenging mandaten in het bestuur: Mien Van Olmen (provincie), Eugeen Van Kerckhoven (private aandeelhouder).

4)      Toelichting en goedkeuring van de begroting 2022.

5)      Toelichting en goedkeuring van de meerjarenplanning 2023-2027.

6)      Varia- rondvraag.

 

In bijlage vindt u volgende documenten

7)      Volmacht bijzondere algemene vergadering.

8)      Toelichting bij de bijzondere algemene vergadering

 

In zitting van de gemeenteraad van 25 maart 2019 werden de volgende afgevaardigden aangeduid:

- Kristof Van Dingenen als afgevaardigde

- Dolinda Voet als plaatsvervangend afgevaardigde

voor de huidige legislatuur op de algemene vergaderingen van Kleine Landeigendom Zuiderkempen.

 

Omdat de bijzondere algemene vergadering van Kleine Landeigendom Zuiderkempen laattijdig meegedeeld werd, werd de vaststelling van het mandaat van de volmachtdrager en het goedkeuren van de agenda van de bijzondere algemene vergadering van Kleine Landeigendom Zuiderkempen op 22 november 2021 bij hoogdringendheid voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen.

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

ter bekrachtiging van de beslissing van college van burgemeester en schepenen van 22 november 2021:

De agendapunten van de algemene vergadering van Kleine Landeigendom Zuiderkempen op 30 november 2021 werden goedgekeurd.

De volmachtdrager werd gemandateerd om overeenkomstig deze beslissing te handelen en te beslissen tijdens de algemene vergadering van Kleine Landeigendom Zuiderkempen op 30 november 2021.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Waterservice Pidpa - nazicht/onderhoud Hydranten - Goedkeuren samenwerkingsovereenkomt

 

Situering

Voor het uitvoeren van het verplichte nazicht en herstel van brandkranen op het grondgebied van de de gemeente wordt een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met Pidpa.

Voor het uitvoering van de werken schakelt Pidpa een maatwerkbedrijf in dat geselecteerd werd volgens de aanbesteding die in opdracht van de gemeente Herselt werd uitgevoerd.

 

Wettelijke gronden

Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.

 

Toelichting en advies

Pidpa heeft een voorstel doorgestuurd i.v.m. het contract 'Onderhoud van brandkranen in het drinkwaternet'' ALG 2729183.

 

De samenwerkingsovereenkomst bestaat uit het contract "onderhoud van brandkranen in het drinkwaternet” ALG 2729183 en de algemene voorwaarden. Beide zijn in bijlage toegevoegd en maken integraal deel uit van deze beslissing.

 

Deze overeenkomst omvat 2 onderhoudscycli van elk 2 jaar en loopt bijgevolg 4 jaar vanaf de datum van de uitvoering van de eerste nazichten op het grondgebied. Tijdens een onderhoudscyclus wordt elke bestaande brandkraan nagezien en onderhouden.

Het totaal aantal brandkranen in Herselt volgens Geolink, bij de opmaak van dit contract, bedraagt 1.992 stuks

 

De kostprijs voor het nazicht van de brandkranen uitgevoerd door het maatwerkbedrijf:

prijs nazicht per hydrant 

aantal hydranten

totale kost over 4jaar

13,31

3984

53.027,04 euro excl. BTW

64.162,71 euro incl. BTW

 

Er wordt voorgesteld om de optie ivm het nazicht van signalisatie niet op te nemen in de overeenkomst. Het herstel van eventuele beschadigde of niet aanwezige signalisatie zal in eigen beheer worden uitgevoerd.

 

Argumentatie van de gemeenteraad leidende tot het uiteindelijke besluit

Er wordt akkoord gegaan met het voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen.

 

Financiële weerslag

Kosten 64.162,71 euro (incl. btw) over 4 jaar

Actie AC000096

Actie omschrijving We nemen het onderhoud van hydranten en waterleidingen voor onze rekening

 

MJP nummer MJP000683

 

Uit het visum afgeleverd door de financieel beheerder op 29 november 2021 blijkt dat er voldoende budget is voorzien in de meerjarenplanning.

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Artikel 1:

De samenwerkingsovereenkomst met Pidpa o.v., Vierselse baan 5, 2280 Grobbendonk ivm het onderhoud van brandkranen in het drinkwaternet, wordt goedgekeurd uitgezonderd de optie 'nazicht signalisatie.

 

Artikel 2:

Er wordt kennis genomen van en akkoord gegaan met de voorwaarden opgenomen in het contract "onderhoud van brandkranen in het drinkwaternet” ALG 2729183 en de algemene voorwaarden inzake dienstverlening en bijhorende werkzaamheden van Pidpa

Beide documenten zijn in bijlage toegevoegd en maken integraal deel uit van deze beslissing.

 

Artikel 3:

De nodige kredieten zijn voorzien in de meerjarenplanning.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Toegevoegd punt vanwege de voorzitter - Afvaardiging Raad van Bestuur: wijziging: opvolging CD&V+2230 - Toegevoegd punt ingediend door Milo Anthonis

 

Situering

Benoeming van de bestuurder van CD&V+2230 vanaf 1 januari 2022.

 

Wettelijke gronden

Decreet lokaal bestuur

Gemeenteraadsbesluit van 7 januari 2020

 

Toelichting en advies

De fractie CD&V+2230 draagt Evelien Van Bedts voor als lid van de raad van bestuur vanaf 1 januari 2022 tot het einde van deze legislatuur, als opvolger van Wendy Tubbax die afstand deed van haar mandaat.

 

Artikel 235 van het decreet lokaal bestuur

§ 1. Het Autonoom Gemeentebedrijf beschikt over een raad van bestuur.

.....

§ 2. Het aantal leden van de Raad van Bestuur bedraagt ten hoogste de helft van het aantal Gemeenteraadsleden, maar met een absoluut maximum van twaalf. Ten hoogste twee derde van de leden van de Raad van Bestuur is van hetzelfde geslacht.

 

De leden van de raad van bestuur worden benoemd door de gemeenteraad.

 

Elke fractie kan minstens een lid van de raad van bestuur voordragen. Dat voordrachtrecht waarborgt elke fractie een vertegenwoordiging in de raad van bestuur. Als de gewaarborgde vertegenwoordiging evenwel afbreuk zou doen aan de mogelijkheid voor de fracties die vertegenwoordigd zijn in het college van burgemeester en schepenen om minstens de helft van de leden van de raad van bestuur voor te dragen, wordt er gewerkt met gewogen stemrecht binnen de groep van bestuurders die de fracties voorgedragen hebben.

 

Het mandaat van lid van de raad van bestuur is hernieuwbaar. De gemeenteraad kan de leden van de raad van bestuur op elk moment ontslaan. Na de volledige vernieuwing van de gemeenteraad wordt tot volledige vernieuwing van de raad van bestuur overgegaan. In dat geval blijven de leden van de raad van bestuur in functie tot de nieuwe gemeenteraad hen vervangt.

 

De raad van bestuur kiest uit zijn leden een voorzitter die deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen van de oprichtende gemeente.

 

In zitting van 7 januari 2019 benoemde de gemeenteraad volgende personen in de raad van bestuur van het AGB Herselt:

 Peter Keymeulen, N-VA, gemeenteraadslid / burgemeester, M

 Mark Van den Wouwer, N-VA, gemeenteraadslid, M

 Ann Gilis, N-VA, geen raadslid, V

 Karine Vermaelen, N-VA, geen raadslid, V

 Luc Peetermans, CD&V+2230, gemeenteraadslid, M

 Ronny Korthout, CD&V+2230, gemeenteraadslid, M

 Hilde Van Reet, CD&V+2230, gemeenteraadslid, V

 Wendy Tubbax, CD&V+2230, geen raadslid, V (opvolger Evelien Van Bedts)

 Milo Anthonis, Mensen Met Mensen, gemeenteraadslid, M

 Karla Jennes, Mensen Met Mensen, geen raadslid, V

 Ewoud Beirlant, Groen Herselt, geen raadslid, M

 

In zitting van 24 februari 2020 besliste de gemeenteraad om volgende personen te benoemen in de raad van bestuur van het AGB Herselt vanaf 1 januari 2022.

 Peter Keymeulen, N-VA, gemeenteraadslid / burgemeester, M

 Mark Van den Wouwer, N-VA, gemeenteraadslid, M

 Ann Gilis, N-VA, geen raadslid, V

 Karine Vermaelen, N-VA, geen raadslid, V

 Luc Peetermans, CD&V+2230, Gemeenteraadslid, M

 Ronny Korthout, CD&V+2230, Gemeenteraadslid, M

 Hilde Van Reet, CD&V+2230, Gemeenteraadslid, V

 Wendy Tubbax, CD&V+2230, geen Raadslid, V (opvolger Evelien Van Bedts)

 Milo Anthonis, Mensen Met Mensen, Gemeenteraadslid, M

 Willy Willekens, Mensen Met Mensen, geen Raadslid, M

 Ewoud Beirlant, Groen Herselt, geen Raadslid, M

 

In zitting van 22 november 2021 benoemde de gemeenteraad volgende personen in de raad van bestuur van het AGB Herselt:

 Peter Keymeulen, N-VA, gemeenteraadslid / burgemeester, M

 Mark Van den Wouwer, N-VA, gemeenteraadslid, M

 Ann Gilis, N-VA, geen raadslid, V

 Karine Vermaelen, N-VA, geen raadslid, V

 Luc Peetermans, CD&V+2230, gemeenteraadslid, M

 Ronny Korthout, CD&V+2230, gemeenteraadslid, M

 Hilde Van Reet, CD&V+2230, gemeenteraadslid, V

 Wendy Tubbax, CD&V+2230, geen raadslid, V (opvolger Evelien Van Bedts)

 Milo Anthonis, Mensen Met Mensen, gemeenteraadslid, M

 Karla Jennes, Mensen Met Mensen, geen raadslid, V

 Ewoud Beirlant, Groen Herselt, geen raadslid, M

 

De fractie CD&V+2230 draagt Evelien Van Bedts voor als lid van de raad van bestuur vanaf 1 januari 2022 tot het einde van deze legislatuur, als opvolger van Wendy Tubbax die afstand deed van haar mandaat.

 

De samenstelling van de raad van bestuur van het AGB Herselt wordt dan als volgt:

 Peter Keymeulen, N-VA, gemeenteraadslid / burgemeester, M

 Mark Van den Wouwer, N-VA, gemeenteraadslid, M

 Ann Gilis, N-VA, geen raadslid, V

 Karine Vermaelen, N-VA, geen raadslid, V

 Luc Peetermans, CD&V+2230, gemeenteraadslid, M

 Ronny Korthout, CD&V+2230, gemeenteraadslid, M

 Hilde Van Reet, CD&V+2230, gemeenteraadslid, V

 Evelien Van Bedts, CD&V+2230, gemeenteraadslid, V

 Milo Anthonis, Mensen Met Mensen, gemeenteraadslid, M

 Karla Jennes, Mensen Met Mensen, geen raadslid, V

 Ewoud Beirlant, Groen Herselt, geen raadslid, M

 

Hiermee is voldaan aan de evenwichtsvereisten:

         maximum 11 leden

         minimaal de helft van de bestuurders zijn ook gemeenteraadslid

         iedere politieke fractie heeft minimaal 1 lid

         meerderheidsfractie(s) gemeenteraad mogelijkheid om meerderheid binnen raad van Bestuur te hebben

         M/V verhouding (max. 2/3 zelfde geslacht)

         voorgedragen namens een politieke fractie

 

Belangrijk is ook om rekening te houden met de bepalingen van het cultuurpact

vanaf 1 januari 2022:

         Cultuurpact: voorzitter/bestuurder gemeentelijke adviesraad kan niet tegelijk bestuurder zijn van AGB

         Cultuurpact: evenredige verdeling over politieke partijen heen, mits respecteren bovenstaande vereisten.

         De voorzitter van de raad van bestuur (na samenstelling raad van bestuur door de leden van de raad van bestuur aan te duiden), moet lid zijn van het college van burgemeester en schepenen.

 

Argumentatie van de gemeenteraad leidende tot het uiteindelijke besluit

De gemeenteraad sluit zich aan bij het voorstel.

 

Stemming over het besluit: met eenparigheid

 

BESLUIT

Vanaf 1 januari 2022 wordt de samenstelling van de raad van bestuur van het AGB als volgt:

 Peter Keymeulen, N-VA, gemeenteraadslid / burgemeester, M

 Mark Van den Wouwer, N-VA, gemeenteraadslid, M

 Ann Gilis, N-VA, geen raadslid, V

 Karine Vermaelen, N-VA, geen raadslid, V

 Luc Peetermans, CD&V+2230, gemeenteraadslid, M

 Ronny Korthout, CD&V+2230, gemeenteraadslid, M

 Hilde Van Reet, CD&V+2230, gemeenteraadslid, V

 Evelien Van Bedts, CD&V+2230, gemeenteraadslid, V

 Milo Anthonis, Mensen Met Mensen, gemeenteraadslid, M

 Karla Jennes, Mensen Met Mensen, geen raadslid, V

 Ewoud Beirlant, Groen Herselt, geen raadslid, M

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Overzicht actuele dossiers

 

 

ID

Type

Status

Datum

Beschrijving van het te onderzoeken item

Wie rapporteert

Graad van belang

Datum rappor-

tage

1

stand van zaken

Open

25 maart 2019

Kapel Varenwinkel

college

Normaal

nvt

2

stand van zaken

Open

25 maart 2019

Jeugdlokalen Blauberg

college

Normaal

nvt

3

stand van zaken

Open

25 maart 2019

Werkgroep Duurzaamheid

college

Normaal

nvt

4

stand van zaken

Open

23 april 2019

Jeugdhuis de Choke

college

Normaal

nvt

5

stand van zaken

Open

23 april 2019

Fietspad Dieperstraat

college

Normaal

nvt

6

stand van zaken

Open

23 april 2019

Fietspaden en riolering Aarschotsestwg.

college

Normaal

nvt

7

stand van zaken

Open

27 oktober 2020

Tennishal

college

Normaal

nvt

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Mededelingen vanuit het college van burgemeester en schepenen

 

KENNISNAME

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Mondelinge vragen

 

KENNISNAME

 

 

De voorzitter sluit het openbare gedeelte van de gemeenteraad om 23.32 uur.

 

De voorzitter opent de besloten zitting van de gemeenteraad om 23.32 uur.

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022
Overzicht punten

 

Kosteloze grondafstand - Wolfsdonksesteenweg - (M 935 D3 (prekad. M 935 B 4)) ikv de uitvoering van een verkaveling - goedkeuren voorwaarden

 

Goedgekeurd

 

 

Publicatiedatum: 01/02/2022